Meer info
 

30/11/11 KB Veiligheidsvoorschriften kerninstallaties
Koninklijk besluit van 30 november 2011 houdende veiligheidsvoorschriften voor kerninstallaties

Artikel 10 Beheer van de veroudering

10.1 Algemeen

[De exploitant beschikt over een programma voor het beheer van de veroudering. Dit programma omvat alle organisatorische, technische, operationele en onderhoudshandelingen waardoor de gevolgen van de veroudering kunnen worden beperkt om zodoende de beschadiging van de betrokken structuren, systemen en componenten binnen aanvaardbare grenzen te houden.
De gevolgen van de degradatie door veroudering wordt vermeden daar waar dit redelijkerwijze haalbaar is.
De principes van het verouderingsbeheer en het verouderingsbeheerprogramma worden in het veiligheidsrapport beschreven.
De volgende structuren, systemen en componenten vallen onder het verouderingsbeheerprogramma:
de structuren, systemen en componenten die belangrijk zijn voor de veiligheid, en
de structuren, systemen en componenten waarvan de degradatie het vermogen van die structuren, systemen en componenten die belangrijk zijn voor de veiligheid om hun functie te vervullen, kan aantasten.
]
Er moeten voldoende marges worden voorzien bij het ontwerp van de structuren, systemen en componenten die belangrijk zijn voor de nucleaire veiligheid zodat deze verouderingsmechanismen hun veiligheidsfunctie gedurende de ganse voorziene levensduur van de installatie niet in gevaar brengen.

10.2 Methodologie van het verouderingsbeheer

[Het verouderingsbeheerprogramma omvat met name de volgende onderdelen]:
[De identificatie van de betrokken structuren, systemen en componenten;]
[[De] fysieke identificatie, analyse en documentatie van fysieke verouderingsmechanismen voor [de betrokken] systemen, structuren en componenten;
De uitvoering van studies en evaluaties van de potentiële effecten van deze mechanismen op de [betrokken] structuren, systemen en componenten;]
De [identificatie en de uitvoering van de] verificaties, testen, bemonsteringen en inspectieactiviteiten die toelaten om de gevolgen van een veroudering op te kunnen volgen en om elk onvoorzien gedrag of elke verslechtering tijdens de uitbating te kunnen detecteren. Stalen op basis waarvan specifieke verouderingsfenomenen kunnen worden opgevolgd, moeten in de installatie beschikbaar zijn.

10.3 Herziening en bijwerking van het verouderingsbeheerprogramma

De exploitant moet de ervaringsfeedback over de veroudering van zijn installatie bundelen en analyseren, evenals deze van gelijkaardige installaties.
[Op basis hiervan evalueert de exploitant de doeltreffendheid van zijn verouderingsbeheerprogramma.]
Het verouderingsbeheerprogramma moet geherevalueerd worden op basis van de nieuwe kennis [...] inzake de veroudering, het gedrag van de structuren, systemen en componenten, alsook met betrekking tot de verificatiemethodes. Deze herevaluatie vindt plaats minimaal ter gelegenheid van de periodieke veiligheidsherzieningen
De periodieke veiligheidsherziening moet bevestigen dat er met de verouderingsmechanismen in het verouderingsbeheerprogramma correct rekening werd gehouden.