30/09/57 ADR 2013 - Bijlage B
Europees Verdrag van 30 september 1957 betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (ADR)
Hoofdstuk 9.1 Toepassingsgebied, definities en voorschriften voor de goedkeuring van de voertuigen
9.1.1 Toepassingsgebied en definities
9.1.1.1 Toepassingsgebied
De voorschriften van deel 9 zijn van toepassing op de voertuigen van de categorieën N en O, zoals gedefinieerd in bijlage 7 van de Consolidated Resolution on the Construction of Vehicles
(R.E.3)
(14)
, die bestemd zijn voor het vervoer van gevaarlijke goederen.
Deze voorschriften zijn van toepassing op de voertuigen, inzonderheid voor wat betreft hun constructie, hun typehomologatie, hun ADR-goedkeuring en hun jaarlijkse technische keuring.
(14)
|
Document van de Verenigde Naties ECE/TRANS/WP.29/78/Rev.3.
|
9.1.1.2 Definities
Voor de doeleinden van deel 9 verstaat men onder:
|
ieder compleet, niet-compleet of gecompleteerd voertuig dat bestemd is voor het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg;
|
“EX/II-voertuig” of “EX/III-voertuig”:
|
een voertuig bestemd voor het vervoer van ontplofbare stoffen of voorwerpen (klasse 1);
|
|
a) een voertuig dat bestemd is voor het vervoer van vloeistoffen met eenvlampunt van niet meer dan 60 °C (met uitzondering van dieselbrandstof die overeenstemt met de norm EN 590:2013 + AC:2017, gasolie en (lichte) stookolie – UN-nummer 1202 – met een vlampunt zoals gespecificeerd in de norm EN 590:2013 + AC:2017) in vaste of afneembare tanks met een capaciteit van meer dan 1 m3 of in tankcontainers of mobiele tanks met een individuele capaciteit van meer dan 3 m3; of
|
|
b) een voertuig dat bestemd is voor het vervoer van brandbare gassen in vaste of afneembare tanks met een capaciteit van meer dan 1 m3 of in tankcontainers, mobiele tanks of MEGC's met een individuele capaciteit van meer dan 3 m3 of
|
|
c) een batterijvoertuig met een totale capaciteit van meer dan 1 m3 dat bestemd is voor het vervoer van brandbare gassen; of
|
|
d) een voertuig dat bestemd is voor het vervoer van waterstofperoxide, gestabiliseerd of waterstofperoxide, oplossingen in water, gestabiliseerd met meer dan 60 % waterstofperoxide (klasse 5.1, UNnummer 2015) in vaste of afneembare tanks met een capaciteit van meer dan 1 m3, of in tankcontainers of mobiele tanks met een individuele capaciteit van meer dan 3 m3;
|
|
a) een ander voertuig dan een EX/III- of FL-voertuig of een MEMU, dat bestemd is voor het vervoer van gevaarlijke goederen in vaste of afneembare tanks met een capaciteit van meer dan 1 m3 of in tankcontainers, mobiele tanks of MEGC's met een individuele capaciteit van meer dan 3 m3 of
|
|
b) een ander batterijvoertuig dan een FL-voertuig, met een totale capaciteit van meer dan 1 m3;
|
|
een voertuig dat beantwoordt aan de definitie van mobiele fabricage-eenheid van ontplofbare stoffen in 1.2.1;
|
|
ieder volledig afgewerkt voertuig (bijvoorbeeld in één enkele fase gebouwde bestelwagens, vrachtwagens, trekkers, aanhangwagens),
|
“niet-compleet voertuig”:
|
ieder voertuig dat nog niet is afgewerkt en dat nog ten minste één verdere constructiefase benodigt (bijvoorbeeld chassis-cabines, chassis van aanhangwagens)
|
“gecompleteerd voertuig”:
|
ieder voertuig dat het resultaat is van een constructieproces in meerdere stadia (bijvoorbeeld van een koetswerk voorziene chassis of chassis-cabines);
|
“typegehomologeerd voertuig”:
|
ieder voertuig dat overeenkomstig UN-Reglement 105
(1)
gehomologeerd werd;
|
|
de certificatie door de bevoegde overheid van een Verdragspartij bij het ADR dat een voertuig dat bestemd is voor het vervoer van gevaarlijke goederen als EX/II- , EX/III-, FL- of AT-voertuig of een MEMU voldoet aan de pertinente technische voorschriften van onderhavig deel.
|
(1)
|
UN-reglement nr. 105 (“Uniform provisions concerning the approval of vehicles intended for the carriage of dangerous goods with regard to their specific constructional features”).
|
9.1.2 Goedkeuring van de EX/II- , EX/III-, FL- en AT-voertuigen en van de MEMU's
OPMERKING: Er wordt geen enkel speciaal keuringsdocument vereist voor andere voertuigen dan de EX/II- , EX/III, FL- of AT-voertuigen en de MEMU's, behoudens deze die voorgeschreven worden door de algemene veiligheidsreglementen die gewoonlijk van toepassing zijn op de voertuigen in het land van herkomst.
9.1.2.1 Algemeenheden
De EX/II- , EX/III-, FL- en AT-voertuigen en de MEMU's moeten voldoen aan de pertinente voorschriften van onderhavig deel.
Elk compleet of gecompleteerd voertuig dient overeenkomstig de administratieve voorschriften van onderhavig hoofdstuk door de bevoegde overheid aan een eerste technische keuring onderworpen te worden, teneinde de gelijkvormigheid na te gaan met de pertinente technische voorschriften van de hoofdstukken 9.2 tot en met 9.8.
De bevoegde overheid kan vrijstelling verlenen van de eerste keuring van een volgens 9.1.2.2 typegehomologeerde trekker voor opleggers, waarvoor de constructeur, zijn behoorlijk gemachtigde vertegenwoordiger of een door de bevoegde overheid erkende instelling een verklaring van conformiteit met de voorschriften van hoofdstuk 9.2 heeft afgeleverd.
De gelijkvormigheid van het voertuig moet geattesteerd worden door de afgifte van een keuringsdocument dat beantwoordt aan 9.1.3.
Wanneer de voertuigen moeten uitgerust zijn met een remvertragingssysteem, moet de constructeur van het voertuig of zijn behoorlijk gemachtigde vertegenwoordiger een verklaring van gelijkvormigheid met de pertinente bepalingen van bijlage 5 van UN-Reglement 13
(16)
afleveren. Deze verklaring dient voorgelegd te worden bij de eerste technische keuring.
(16)
|
UN-reglement nr. 13 (“Uniform provisions concerning the approval of vehicles of categories M, N and O with regard to braking”).
|
9.1.2.2 Voorschriften voor de typegehomologeerde voertuigen
Op aanvraag van de constructeur van het voertuig of van zijn behoorlijk gemachtigde vertegenwoordiger kunnen de voertuigen die volgens 9.1.2.1 ADR-goedgekeurd moeten worden, het voorwerp uitmaken van een typehomologatie door een bevoegde overheid. Er dient aangenomen te worden dat aan de pertinente technische voorschriften van hoofdstuk 9.2 is voldaan indien door een bevoegde overheid een typehomologatiecertificaat werd afgeleverd overeenkomstig UN-reglement nr. 105
(18)
, op voorwaarde dat de technische voorschriften van voornoemd Reglement overeenstemmen met deze van hoofdstuk 9.2 van onderhavig deel en geen enkele wijziging aan het voertuig er de geldigheid van in het gedrang brengt. In het geval van MEMU's mag het typehomologatiemerkteken, dat overeenkomstig UN-reglement nr. 105 wordt aangebracht, het voertuig ofwel als MEMU, ofwel als EX/MI identificeren. De MEMU's moeten slechts als dusdanig geïdentificeerd worden in het overeenkomstig 9.1.3 afgeleverd keuringsdocument.
Wanneer het voertuig individueel aan de keuring voor de ADR-goedkeuring onderworpen wordt, moet door de andere Verdragspartijen aanvaard worden dat deze door een Verdragspartij afgeleverde typehomologatie de gelijkvormigheid van het voertuig garandeert.
Tijdens de keuring voor de ADR-goedkeuring van een gecompleteerd voertuig dient de gelijkvormigheid met de pertinente voorschriften van hoofdstuk 9.2 enkel nagegaan te worden voor de delen die toegevoegd of gewijzigd werden tijdens de completering van het typegehomologeerd niet-compleet voertuig.
(18)
|
UN-reglement nr. 105 (“Uniform provisions concerning the approval of vehicles intended for the carriage of dangerous goods with regard to their specific constructional features”).
|
9.1.2.3 Jaarlijkse technische keuringReglement nr. 13 (?Uniform provisions concerning the approval of vehicles of categories M, N and O with regard to braking?).
De EXII-, EXIII-, FL- en AT-voertuigen en de MEMU's moeten in hun land van inschrijving aan een jaarlijkse technische keuring worden onderworpen; dit om na te gaan of zij voldoen aan de er op van toepassing zijnde voorschriften van onderhavig deel en aan de algemene veiligheidsvoorschriften (remmen, verlichting, enz.) opgelegd door de reglementering van hun land van herkomst.
De overeenstemming van de voertuigen moet ofwel door de verlenging van de geldigheidsduur van het keuringsdocument geattesteerd worden, ofwel door de aflevering van een nieuw keuringsdocument dat beantwoordt aan 9.1.3.
9.1.3 Keuringsdocument
9.1.3.1
De gelijkvormigheid van de EXII-, EXIII-, FL- en AT-voertuigen en de MEMU's met de voorschriften van onderhavig deel moet geattesteerd worden door een keuringsdocument (ADR-keuringsdocument)
(22)
dat door de bevoegde overheid van het land van inschrijving wordt afgeleverd voor ieder voertuig dat met goed gevolg de keuring doorstaan heeft of waarvoor overeenkomstig 9.1.2.1 een verklaring van conformiteit met de voorschriften van hoofdstuk 9.2 werd afgeleverd.
9.1.3.2
Een keuringsdocument dat door de bevoegde overheid van een Verdragspartij voor een op het grondgebied van die Verdragspartij ingeschreven voertuig is afgegeven, moet voor de duur van zijn geldigheid door de bevoegde overheid van de andere Verdragspartijen aanvaard worden.
9.1.3.3
Het keuringsdocument moet dezelfde lay-out hebben als het model in 9.1.3.5. Zijn afmetingen zijn van het formaat A4 (210 mm × 297 mm). Voor- en keerzijde mogen gebruikt worden. De kleur moet wit zijn, met een roze diagonaal.
Het mag een extra veiligheidselement bevatten zoals een hologram, UV-druk, guillochepatroon of een barcode.
De contracterende partijen die extra veiligheidskenmerken aan hun goedkeuringscertificaten hebben toegevoegd, bezorgen het secretariaat van de ECE-UNO een typevoorbeeld van elk certificaat waarvan zij de intentie hebben deze nationaal af te geven overeenkomstig deze afdeling. De contracterende partijen moeten ook toelichtingen verstrekken aan de hand waarvan de overeenstemming van de certificaten met de verstrekte typevoorbeelden kan worden gecontroleerd. Het secretariaat moet deze informatie op zijn website beschikbaar stellen aan het publiek.
Het moet opgesteld worden in de taal, of in één van de talen, van het land van afgifte. Indien deze taal geen Frans, Duits of Engels is, moet de hoofding van het keuringsdocument en iedere bemerking die in punt 11 voorkomt bovendien opgesteld worden in het Frans, Duits of Engels.
Op het keuringsdocument voor een tankvoertuig met vacuümtank voor afvalstoffen moet de volgende vermelding voorkomen: “tankvoertuig met vacuümtank voor afvalstoffen”.
Op het keuringsdocument voor een FL of EX/III-voertuig, dat bestemd is voor het vervoer van ontplofbare stoffen in tanks, overeenkomstig de voorschriften van 9.7.9, moet onder punt 11 de volgende vermelding voorkomen: “Voertuig voor het vervoer van ontplofbare stoffen in tanks overeenkomstig 9.7.9 van het ADR”.
9.1.3.4
De geldigheid van een keuringsdocument eindigt uiterlijk één jaar na de datum van de technische keuring die aan de afgifte van het document voorafging. De volgende geldigheidsduur is echter afgestemd op de vorige nominale vervaldatum indien de technische keuring uitgevoerd wordt in de maand die voorafgaat aan of volgt op deze datum.
Het voertuig mag niet worden gebruikt voor het vervoer van gevaarlijke goederen na de nominale vervaldatum, dit tot het voertuig beschikt over een geldig keuringsdocument.
Deze bepalingen betekenen echter niet dat keuringen van tanks uitgevoerd moeten worden met kortere tussenpozen dan deze welke voorgeschreven zijn in hoofdstuk 6.8, 6.10 of 6.13.
9.1.3.5 Model van keuringsdocument voor de voertuigen die bepaalde gevaarlijke goederen vervoeren
OPMERKING: Dit document moet aan de dienst die het heeft afgeleverd worden terugbezorgd wanneer het voertuig uit het verkeer genomen wordt, wanneer de in nr. 5 vermelde vervoerder, gebruiker of eigenaar verandert, wanneer de geldigheisduur verstrijkt en wanneer een belangrijke wijziging optreedt in de essentiële kenmerken van het voertuig.