§ 1
Voor de toepassing van dit samenwerkingsakkoord worden aangewezen als “coördinerende dienst”:
- 1°
- de door de Vlaamse Regering aangewezen dienst, voor de inrichtingen die in het Vlaamse Gewest gelegen zijn;
- 2°
- de door de Waalse Regering aangewezen dienst, voor de inrichtingen die in het Waalse Gewest gelegen zijn;
- 3°
- de door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering aangewezen dienst, voor de inrichtingen die in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gelegen zijn.
§ 2
Voor de toepassing van dit samenwerkingsakkoord worden aangewezen als “beoordelingsdienst”:
- 1°
- de door de Vlaamse Regering aangewezen dienst, voor de inrichtingen die in het Vlaamse Gewest gelegen zijn;
- 2°
- de door de Waalse Regering aangewezen dienst, voor de inrichtingen die in het Waalse Gewest gelegen zijn;
- 3°
- de door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering aangewezen dienst, voor de inrichtingen die in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gelegen zijn;
- 4°
- de met het toezicht op de arbeidsveiligheid belaste dienst van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg;
- 5°
- voor inrichtingen die vallen onder het toepassingsgebied van het algemeen reglement op de springstoffen, van de wetgeving inzake ondergrondse opslag van gas of van de wetgeving betreffende het vervoer van gasachtige en andere producten door middel van leidingen, de bevoegde dienst van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie;
- 6°
- de door de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken aangewezen dienst;
- 7°
- de bevoegde hulpverleningszone of de bevoegde brandweerdienst als die nog niet geïntegreerd is in een hulpverleningszone.
§ 3
Voor de toepassing van dit samenwerkingsakkoord worden aangewezen als “inspectiedienst”:
- 1°
- de door de Vlaamse Regering aangewezen dienst, voor de inrichtingen die in het Vlaamse Gewest gelegen zijn;
- 2°
- de door de Waalse Regering aangewezen dienst, voor de inrichtingen die in het Waalse Gewest gelegen zijn;
- 3°
- de door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering aangewezen dienst, voor de inrichtingen die in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gelegen zijn;
- 4°
- de met het toezicht op de arbeidsveiligheid belaste dienst van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg;
- 5°
- voor inrichtingen die vallen onder het toepassingsgebied van het algemeen reglement op de springstoffen, de wetgeving inzake ondergrondse opslag van gas en de wetgeving betreffende het vervoer van gasachtige en andere producten door middel van leidingen, de bevoegde dienst van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie.
§ 4
De federale en gewestelijke ministers die bevoegd zijn voor de diensten, bedoeld in paragrafen 1 tot 3, wijzen ieder voor zich, de personeelsleden van die diensten aan die in het bijzonder belast zijn met de aan deze diensten toegewezen opdrachten.
De aanwijzing, bedoeld in het eerste lid, wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Iedere wijziging wordt op dezelfde wijze bekendgemaakt.