§ 1
De publiek- en privaatrechtelijke rechtspersoon brengt de betrokkene op de hoogte van het feit dat hij onder de toepassing valt van de goedgekeurde aanvraag bedoeld in artikel 22quinquies, § 4, en van de verplichting tot het ondergaan van de in artikel 22sexies, bedoelde veiligheidsverificatie.
Nadat de betrokkene op de hoogte is gebracht, vraagt de veiligheidsofficier bedoeld in artikel 22quinquies, § 6, voorafgaandelijk aan de veiligheidsverificatie bedoeld in artikel 22sexies, de instemming van de betrokkene, en zendt het individuele verificatieverzoek en de instemming over aan de veiligheidsofficier van de bevoegde administratieve overheid, opdat hij deze centraliseert en de conformiteit ervan nakijkt, vooraleer deze te bezorgen aan de [Federale Politie].
§ 2
De [Federale Politie] zendt haar met redenen omkleed veiligheidsadvies over aan de administratieve overheid die erom verzocht. De administratieve overheid brengt de veiligheidsofficier van de werkgever, op de hoogte van het veiligheidsadvies.
Indien er een negatief veiligheidsadvies verleend wordt, deelt de administratieve overheid die erom verzocht, dit gemotiveerd veiligheidsadvies eveneens mee, overeenkomstig artikel 22, vijfde lid, via een aangetekende zending, aan de betrokken persoon.
§ 3
Indien binnen de voorgeschreven termijn geen advies werd verleend, stelt de bevoegde administratieve overheid die het veiligheidsadvies vroeg, de [Federale Politie] in gebreke om een veiligheidsadvies te verlenen binnen de termijn die zij bepaalt, en die minstens de voorgeschreven termijn omvat. Indien bij het verstrijken van deze termijn geen veiligheidsadvies werd verleend, wordt het geacht positief te zijn.
§ 4
Het in § 2, eerste lid, bedoelde veiligheidsadvies, wordt toegekend met een geldigheidsduur van hoogstens vijf jaar.
§ 5
De [Federale Politie] kan later op eigen initiatief een nieuw veiligheidsadvies uitbrengen op basis van gegevens en inlichtingen bedoeld in artikel 22sexies. Zij deelt dit advies mee aan de bevoegde administratieve overheid die, in het geval van een negatief veiligheidsadvies, dit met redenen omkleed veiligheidsadvies, overeenkomstig artikel 22, vijfde lid, via een aangetekende zending, aan de betrokken persoon en, aan de veiligheidsofficier van de werkgever van de betrokken persoon overzendt.
§ 6
De betrokken persoon kan op iedere moment, via zijn veiligheidsofficier, aan de bevoegde administratieve overheid schriftelijk te kennen geven dat hij niet, of niet langer, het voorwerp wil uitmaken van een veiligheidsverificatie. De bevoegde administratieve overheid brengt dit ter kennis van de [Federale Politie].
§ 7
De Koning bepaalt de in §§ 1 tot 3, 5 en 6 bedoelde termijnen evenals de andere toepassingsmodaliteiten van deze bepalingen.