Meer info
 

12/07/22 Wet Voorzieningen ontmanteling kerncentrales
Wet van 12 juli 2022 tot versterking van het kader dat van toepassing is op de voorzieningen aangelegd voor de ontmanteling van de kerncentrales en voor het beheer van verbruikte splijtstof en tot gedeeltelijke opheffing en wijziging van de wet van 11 april 2003 betreffende de voorzieningen aangelegd voor de ontmanteling van de kerncentrales en voor het beheer van splijtstoffen bestraald in deze kerncentrales Wet van 12 juli 2022 tot versterking van het kader dat van toepassing is op de voorzieningen aangelegd voor de ontmanteling van de kerncentrales [voor het beheer van verbruikte splijtstof en voor het beheer van operationeel afval] en tot gedeeltelijke opheffing en wijziging van de wet van 11 april 2003 betreffende de voorzieningen aangelegd voor de ontmanteling van de kerncentrales en voor het beheer van splijtstoffen bestraald in deze kerncentrales

Afdeling 2 Nadere regels voor de aanleg en het beheer van de nucleaire voorzieningen

Onderafdeling 1 Aanleg van de nucleaire voorzieningen

Artikel 11

§ 1

De kernprovisievennootschap is verantwoordelijk om de dekking en betaling van de kosten van de ontmanteling van de kerncentrales en de kosten van het beheer van de verbruikte splijtstof afkomstig van deze kerncentrales te verzekeren.
De kernprovisievennootschap boekt afzonderlijk de voorzieningen en de activa die de tegenwaarde vormen van de nucleaire voorzieningen, berekend overeenkomstig de in artikel 12 bedoelde of krachtens dat artikel vastgestelde methoden. Deze activa, die de tegenwaarde vormen van de nucleaire voorzieningen, mogen alleen worden gebruikt voor de financiering van de kosten van het beheer van de verbruikte splijtstof, of de kosten van de ontmanteling. De activa die de tegenwaarde vormen van de nucleaire voorzieningen kunnen geen voorwerp uitmaken van een beslag, tenzij op vraag van de Staat of van de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen, ingeval de kernprovisievennootschap of een persoon die voor haar rekening optreedt de wettelijke of contractuele verplichtingen die van toepassing zijn op de financiering van de kosten van ontmanteling en de kosten van beheer van verbruikte splijtstof, niet naleeft.
Wanneer de Commissie voor nucleaire voorzieningen een ontoereikendheid of een tekortkoming vaststelt in de evaluatie, de berekening of het bedrag van de voorzieningen, of in de samenstelling of het beheer van de activa die deze voorzieningen vertegenwoordigen, kan zij de nodige maatregelen opleggen om deze situatie te regulariseren, overeenkomstig artikel 6.

§ 2

De kernexploitanten en de bijdragende vennootschappen zijn gehouden tot de betaling aan de kernprovisievennootschap van de bedragen die overeenstemmen met de toelagen voor de nucleaire voorzieningen, berekend overeenkomstig artikel 12.
De kernprovisievennootschap, elke kernexploitant en, overeenkomstig artikel 20, elke bijdragende vennootschap, hebben de onvoorwaardelijke verplichting om alle op hen rustende geldelijke verplichtingen tijdig na te komen en hun vermogen en activiteiten dienovereenkomstig te beheren.
De kernprovisievennootschap, elke kernexploitant en elke bijdragende vennootschap stellen, ook wanneer zij in aanmerking komen voor de vrijstellingen voorzien in artikelen 3:25 en 3:26 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, geconsolideerde financiële staten op, nagezien door een erkende bedrijfsrevisor, voor kennisneming door de Commissie voor nucleaire voorzieningen en in de door de Commissie voor nucleaire voorzieningen bepaalde vorm. Het boekjaar van de kernprovisievennootschap valt samen met dat van de kernexploitant.

§ 3

De kernexploitanten maken, in driemaandelijkse betalingsschijven, aan de kernprovisievennootschap een totaalbedrag over dat gelijk is aan de toelagen voor de nucleaire voorzieningen voor het lopende boekjaar na aftrek van de bedragen die rechtstreeks door de bijdragende vennootschappen aan de kernprovisievennootschap moeten worden gestort.

§ 4

Het gedeelte van de nucleaire voorzieningen dat betrekking heeft op de kosten van ontmanteling zal worden aangelegd teneinde, voor elke kerncentrale, het volledig geactualiseerd bedrag van de kosten van ontmanteling te dekken bij de geprogrammeerde uitdienstname van de betrokken kerncentrale, te weten uiterlijk op de data bepaald in artikel 4 van de wet van 31 januari 2003 houdende de geleidelijke uitstap uit kernenergie voor industriële elektriciteitsproductie.
De ontmanteling wordt verzekerd en de kosten van ontmanteling worden betaald door de kernexploitanten voor rekening van de kernprovisievennootschap en de kosten van ontmanteling worden door de kernprovisievennootschap aangerekend op de voorzieningen die ze heeft aangelegd.
Indien de kernexploitant in staat van faillissement, vereffening, gerechtelijke reorganisatie of overdracht onder gerechtelijk toezicht verkeert of hiervoor een aangifte van faillissement wordt ingediend, gaat de kernprovisievennootschap rechtstreeks over tot de betalingen die aan de betrokken begunstigden verschuldigd zijn na akkoord van de Commissie voor nucleaire voorzieningen over het principe van deze rechtstreekse betalingen en over de categorieën van de betrokken begunstigden. De bedragen die reeds door de kernprovisievennootschap betaald zijn aan de kernexploitant ten titel van de kosten van ontmanteling worden door middel van een bijzonder voorrecht toegewezen aan de betaling van de begunstigden op wie de kosten van ontmanteling betrekking hebben.
Middelen die uit hoofde van de in artikel 20/1 bedoelde garantie van de moedervennootschap van de kernexploitant zijn ontvangen, worden aan de begunstigden betaald wanneer betalingen aan de genoemde begunstigden verschuldigd zijn.
Indien, tijdens de ontmanteling, de voorzieningen voor de ontmanteling lager blijken te zijn dan de kosten van ontmanteling, maken de kernexploitanten aan de kernprovisievennootschap het bedrag over dat nodig is om het overschot aan kosten van de ontmanteling te dekken op het moment dat dit is verschuldigd.

§ 5

Het gedeelte van de nucleaire voorzieningen dat betrekking heeft op het beheer van de verbruikte splijtstof wordt jaarlijks door de kernprovisievennootschap vermeerderd naar evenredigheid van de in het betrokken jaar voortgebrachte hoeveelheid verbruikte splijtstof.
Het beheer van de verbruikte splijtstof wordt uitsluitend verzekerd door de kernprovisievennootschap en de kosten van het beheer van de verbruikte splijtstof zullen door de kernprovisievennootschap rechtstreeks worden betaald aan de betrokken schuldeisers zonder tussenkomst van enige andere entiteit, zoals de kernexploitant, en worden door de kernprovisievennootschap aangerekend op de voorzieningen die zij heeft aangelegd. De middelen die uit hoofde van de in artikel 20/1 bedoelde garantie van de moedervennootschap van de kernexploitant zijn ontvangen, worden aan de begunstigden betaald wanneer de betalingen aan de genoemde begunstigden verschuldigd zijn. Indien, tijdens de verrichtingen van het beheer van verbruikte splijtstof, de voorzieningen lager blijken te zijn dan de kosten van beheer van de verbruikte splijtstof, maken de kernexploitanten aan de kernprovisievennootschap het bedrag over dat nodig is om het overschot aan kosten van het beheer van de verbruikte splijtstof te dekken op het moment dat dit is verschuldigd.

§ 6

De kernprovisievennootschap neemt niet deel aan enig cash pooling mechanisme.

§ 7

De kernexploitant mag intra-groep leningen verlenen enkel aan de moedervennootschap van de kernexploitant of aan elke andere verbonden externe vennootschap met een kwaliteitsrating “investering” van een onafhankelijk ratingsbureau.

§ 8

De kernexploitanten blijven hoofdelijk aansprakelijk voor de dekking van hun aandeel in het tekort aan nucleaire voorzieningen, ook indien zij de hoedanigheid van kernexploitant niet meer hebben of indien zij niet langer een aandeel hebben in de industriële productie van elektriciteit middels de bestraling van splijtstoffen. Het eigen aandeel van deze exploitanten in de dekking van het tekort aan nucleaire voorzieningen wordt proportioneel vastgesteld ten aanzien van hun eigen bijdrage als kernexploitant aan het totale geactualiseerde bedrag van de reeds aangelegde nucleaire voorzieningen.

Artikel 12

§ 1

Driejaarlijks voert de Commissie voor nucleaire voorzieningen een audit uit van de methoden die worden gebruikt voor de berekening van de aanleg van de nucleaire voorzieningen, alsook van hun toereikendheid, inzonderheid in het licht van de informatie, bedoeld in artikel 7, en dit in overleg met de kernprovisievennootschap [en, voor het gedeelte van de nucleaire voorzieningen dat de kosten van ontmanteling dekt,] met de betrokken kernexploitanten.

§ 2

In voorkomend geval maken de kernprovisievennootschap en de betrokken kernexploitant aan de Commissie voor nucleaire voorzieningen, op eigen initiatief of op vraag van deze laatste, een voorstel over tot herziening van de methode van aanleg [van de nucleaire voorzieningen], met tenminste de volgende elementen:
een uitgewerkt scenario voor de ontmanteling van de kerncentrales en voor het beheer van verbruikte splijtstof;
een gedetailleerde raming van de betrokken kosten, alsmede een planning in de tijd van de voorziene uitgaven; en;
een berekeningsmethode voor de opbouw van de nucleaire voorzieningen, met gebruik van actualisatie- en kapitalisatievoeten volgens geijkte technieken van financiële analyse.
De kernprovisievennootschap en de betrokken kernexploitanten houden in hun voorstel rekening met de technologische ontwikkelingen en de alternatieve oplossingen in binnen- en buitenland, en hun kosten.

§ 3

De voorstellen, bedoeld in paragraaf 2, worden voorafgaandelijk ter goedkeuring voorgelegd aan de Commissie voor nucleaire voorzieningen. Indien het de voorstellen niet goedkeurt, deelt de Commissie voor nucleaire voorzieningen haar bemerkingen mee aan de kernprovisievennootschap en, [voor het gedeelte van de nucleaire voorzieningen dat de kosten van ontmanteling dekt,] aan de betrokken kernexploitant binnen de honderdtwintig dagen na ontvangst van het voorstel, en nodigt zij hen uit om, binnen zestig dagen, hetzij een nieuw voorstel over te maken dat rekening houdt met deze bemerkingen, hetzij een gemotiveerd advies dat de redenen weergeeft waarom zij menen deze bemerkingen niet te kunnen volgen. Vervolgens neemt de Commissie voor nucleaire voorzieningen haar beslissing.
De Commissie voor nucleaire voorzieningen houdt, in voorkomend geval, bij haar beoordeling rekening met de adviezen, bedoeld in artikel 7, § 6.

[§ 3/1

Wanneer de Staat, overeenkomstig de transactiedocumenten bedoeld in artikel 2, 8°, van de wet van 26 april 2024 houdende de verzekering van de bevoorradingszekerheid op het gebied van energie en de hervorming van de sector van de nucleaire energie, zich ertoe heeft verbonden een bedrag te betalen dat overeenstemt met de verhoging van de nucleaire voorzieningen van de kernexploitant, ten opzichte van de voorzieningen voor de driejaarlijkse herziening van 2022, ten gevolge van de verlenging van de levensduur van de nucleaire eenheden, onder de voorwaarden voorzien in de transactiedocumenten bedoeld in artikel 2, 8°, van de wet van 26 april 2024 houdende de verzekering van de bevoorradingszekerheid op het gebied van energie en de hervorming van de sector van de nucleaire energie, komen de Staat en de kernexploitant bij overeenkomst de volledige en definitieve regeling en tot slot van alle rekeningen van het bedrag die de Staat aan de kernexploitant is verschuldigd, overeen, in overeenstemming met de transactiedocumenten bedoeld in artikel 2, 8°, van de wet van 26 april 2024 houdende de verzekering van de bevoorradingszekerheid op het gebied van energie en de hervorming van de sector van de nucleaire energie.
Indien de Staat en de kernexploitant het niet eens worden over de in het eerste lid bedoelde regeling, zal de Staat of, onder de voorwaarden vermeld in de transactiedocumenten bedoeld in artikel 2, 8°, van de wet van 26 avril 2024 houdende de verzekering van de bevoorradingszekerheid op het gebied van energie en de hervorming van de sector van de nucleaire energie, de kernexploitant het geschil voorleggen aan de Commissie voor nucleaire voorzieningen met het oog op het verkrijgen van een bindend advies over het ten laste nemen door de Staat overeenkomstig de voorwaarden voorzien in de transactiedocumenten bedoeld in artikel 2, 8°, van de wet van 26 april 2024 houdende de verzekering van de bevoorradingszekerheid op het gebied van energie en de hervorming van de sector van de nucleaire energie.
De Commissie voor nucleaire voorzieningen brengt het in het tweede lid bedoelde bindend advies uit binnen dertig werkdagen nadat de zaak bij haar aanhangig werd gemaakt. Dit advies van de Commissie voor nucleaire voorzieningen is bindend voor de Staat en de kernexploitant.
Op de datum van closing zoals gedefinieerd in artikel 2, 5°, van de wet van 26 april 2024 houdende de verzekering van de bevoorradingszekerheid op het gebied van energie en de hervorming van de sector van de nucleaire energie, richt de kernexploitant een verzoek tot storting aan de Staat voor het overeengekomen bedrag of, bij ontstentenis daarvan, het bedrag dat is vastgesteld door de Commissie voor nucleaire voorzieningen. De Commissie voor nucleaire voorzieningen neemt de verlenging van de exploitatieduur van de nucleaire eenheden op in haar audit van de methoden die worden gebruikt voor de berekening van de aanleg van de nucleaire voorzieningen en de wijziging van de nucleaire voorzieningen die daaruit voortvloeit. De kernprovisievennootschap factureert aan de kernexploitant de door de Staat aan de kernexploitant betaalde bedragen. De kernexploitant stort deze bedragen door aan de kernprovisievennootschap.
]

§ 4

[Wanneer zich een gebeurtenis voordoet die naar haar oordeel een aanzienlijke invloed heeft op de toepassing van de berekeningsmethoden die worden gebruikt voor het aanleggen van de nucleaire voorzieningen en hun toereikendheid], kan de Commissie voor nucleaire voorzieningen de in dit artikel bedoelde herzieningsprocedure vervroegd opstarten.

Onderafdeling 2 De kernprovisievennootschap

Artikel 13

§ 1

De kernprovisievennootschap beheert haar activa in overeenstemming met haar maatschappelijke doel, overeenkomstig haar taak van algemeen belang, met het doel het bestaan, de beschikbaarheid en de toereikendheid van de voorzieningen te waarborgen.

§ 2

De bestuurders van de kernprovisievennootschap zijn natuurlijke personen. De raad van bestuur van de kernprovisievennootschap bestaat uit ten minste drie onafhankelijke bestuurders in de zin van artikel 7:87 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen. Eén onafhankelijk bestuurder is van het andere geslacht dan de andere twee.
De voorzitter van de raad van bestuur wordt benoemd uit deze onafhankelijke bestuurders.
De benoeming van de onafhankelijke bestuurders kan slechts plaatsvinden na het bekomen van een gunstig advies van de Commissie voor nucleaire voorzieningen betreffende de onafhankelijkheid van de onafhankelijke bestuurders in de zin van artikel 7:87 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, dat gegeven wordt binnen een periode van dertig dagen vanaf de ontvangst van de kennisgeving van de intentie tot benoeming van deze onafhankelijke bestuurders.

§ 3

Alle leden van het wettelijk bestuursorgaan van de kernprovisievennootschap, alsook de personen die belast zijn met het dagelijks beheer, moeten te allen tijde de nodige betrouwbaarheid en deskundigheid aan de dag leggen om hun taken te vervullen.
Op verzoek van de Commissie voor nucleaire voorzieningen en na overleg met haar, beoordeelt de FSMA de vereiste professionele betrouwbaarheid en de adequate deskundigheid van de in het eerste lid bedoelde leden. Voor de reeds benoemde leden vindt deze beoordeling plaats binnen een jaar na de inwerkingtreding van deze wet.
De kernprovisievennootschap verstrekt de Commissie voor nucleaire voorzieningen alle documenten en inlichtingen die haar moeten toelaten te oordelen of de personen wier benoeming wordt voorgesteld, beschikken over de vereiste professionele betrouwbaarheid, adequate deskundigheid en, voor wat de onafhankelijke bestuurders betreft, de vereiste onafhankelijkheid om hun taken overeenkomstig deze paragraaf uit te oefenen.

§ 4

De kernprovisievennootschap beschikt over (i) een investeringscomité, dat bestaat uit ten minste één onafhankelijke bestuurder, en (ii) een auditcomité, dat voor de meerderheid bestaat uit onafhankelijke bestuurders.

§ 5

Paragraaf 3 is naar analogie van toepassing op de wettelijke bestuursorganen van de dochterondernemingen van de kernprovisievennootschap en op de personen die belast zijn met het effectieve bestuur van deze dochterondernemingen wier maatschappelijke doel gericht is op het beheer van de activa die de nucleaire voorzieningen vertegenwoordigen.

§ 6

De twee Regeringsvertegenwoordigers die in de raad van bestuur van de kernprovisievennootschap zetelen, kunnen eveneens als waarnemer zetelen in het bestuursorgaan van de dochterondernemingen van de kernprovisievennootschap. Indien zij vaststellen dat een voorgenomen of reeds genomen beslissing van een dochtervennootschap strijdig is met de krachtlijnen van het energiebeleid van het land, met inbegrip van de doelstellingen van de regering inzake de energiebevoorrading van het land, en de toereikendheid van de aangelegde voorzieningen voor de ontmanteling van kerncentrales en voor het beheer van de verbruikte splijtstof in deze kerncentrales, kunnen zij deze kwestie binnen de twee werkdagen na hun vaststelling voorleggen aan de raad van bestuur van de kernprovisievennootschap.

Onderafdeling 3 Beheer van de nucleaire voorzieningen

Artikel 14

§ 1

De kernprovisievennootschap belegt de activa die de voorzieningen vertegenwoordigen, overeenkomstig artikel 15. De activa moeten voldoen aan het voorzorgsbeginsel, en met name aan de volgende regels:
de activa worden belegd op een wijze die de veiligheid, de kwaliteit, de benodigde liquiditeit en de rentabiliteit van het geheel van de nucleaire voorzieningen waarborgt;
de activa worden hoofdzakelijk belegd op gereglementeerde markten. In alle gevallen worden de activa belegd volgens het voorzorgsbeginsel;
de activa zijn voldoende gediversifieerd teneinde een disproportionele afhankelijkheid van een bepaald actief, een bepaalde emittent, een bepaalde groep van ondernemingen, of een bepaalde geografische zone en een bovenmatige accumulatie van risico's in de totale belegde portefeuille te vermijden.

§ 2

De Koning kan de modaliteiten van deze regels ter zake bepalen bij een besluit, vastgesteld na overleg in de Ministerraad.

Artikel 15

§ 1

Het bedrag van de uitstaande leningen tussen de kernprovisievennootschap en de kernexploitant dat de tegenwaarde vertegenwoordigt van [het gedeelte van de nucleaire voorzieningen dat betrekking heeft op het beheer van de verbruikte splijtstof], zal tegen 31 december 2025 aan de kernprovisievennootschap worden terugbetaald. De terugbetaling van het uitstaande bedrag zal geschieden volgens volgende jaarplanning, in gelijke betalingen aan het eind van elk kwartaal, volgens het onderstaande schema. Het bedrag van de uitstaande leningen tussen de kernprovisievennootschap en de kernexploitant dat de tegenwaarde vertegenwoordigt van [het gedeelte van de nucleaire voorzieningen dat betrekking heeft op het beheer van de verbruikte splijtstof], mogen niet hoger zijn dan onderstaande bedragen.
In miljoenen euro's
2022
2023
2024
2025
Terugbetaling uiterlijk op 31 december van het betrokken jaar
894
889
931
1.071
Nog af te lossen hoofdsom op 31 december van het betrokken jaar
2.891
2.002
1.071
0
De tegenwaarde van [het gedeelte van de nucleaire voorzieningen dat betrekking heeft op het beheer van de verbruikte splijtstof] mag niet het voorwerp uitmaken van enige nieuwe lening aan enige kernexploitant, enige vennootschap die tot dezelfde groep als een kernexploitant behoort, of enige bijdragende vennootschap.
De rentevoet die in tussentijd zal worden toegepast is de geldende rente voor kredieten aan niet-financiële vennootschappen. Indien de geldende rente voor kredieten aan niet-financiële vennootschappen lager is dan de actualisatievoet, wordt de actualisatievoet toegepast.

§ 2

Het bedrag van de uitstaande leningen tussen de kernprovisievennootschap en de kernexploitant dat de tegenwaarde vertegenwoordigt [van het gedeelte van de voorzieningen dat de ontmanteling dekt], zal tegen 31 december 2030 aan de kernprovisievennootschap worden terugbetaald. De terugbetaling van het uitstaande bedrag zal geschieden volgens volgende jaarplanning, in gelijke betalingen aan het eind van elk kwartaal, volgens het onderstaande schema. Het bedrag van de uitstaande leningen tussen de kernprovisievennootschap en de kernexploitant dat de tegenwaarde vertegenwoordigt [van het gedeelte van de voorzieningen dat de ontmanteling dekt], mag niet hoger zijn dan onderstaande bedragen.
In miljoenen euro's
2022
2023
2024
2025
2026
2027
2028
2029
2030
Terugbetaling uiterlijk op 31 december van het betrokken jaar
683
683
683
683
364
364
364
364
364
Nog af te lossen hoofdsom op 31 december van het betrokken jaar
3869
3186
2503
1820
1456
1092
728
364
0
De tegenwaarde [van het gedeelte van de voorzieningen dat de ontmanteling dekt] mag niet het voorwerp uitmaken van enige nieuwe lening aan enige kernexploitant, enige vennootschap die tot dezelfde groep als een kernexploitant behoort of enige bijdragende vennootschap.
In afwijking van het tweede lid, mag de tegenwaarde [van het gedeelte van de voorzieningen dat de ontmanteling dekt] het voorwerp uitmaken van een nieuwe lening aan een kernexploitant [vanaf de LTO-doorstartdatum en de betaling van het forfaitaire bedrag zoals beschreven in artikel 10, § 1, van de wet van 26 april 2024 houdende de verzekering van de bevoorradingszekerheid op het gebied van energie en de hervorming van de sector van de nucleaire energie] indien, in toepassing van artikel 12, de voorzieningen voor de ontmanteling verhogen. Het bedrag van deze lening mag niet hoger zijn dan deze verhoging. De terugbetaling van ten minste vijfentwintig procent van het uitstaande bedrag van deze lening zal geschieden in de twaalf maanden volgend op de datum van de beslissing tot herziening van de nucleaire voorzieningen. De terugbetaling van het saldo van deze lening zal daarna geschieden ten laatste in de zeven daaropvolgende jaren, in gelijke betalingen aan het eind van elk kwartaal.
De rentevoet die zal worden toegepast is de geldende rente voor kredieten aan niet-financiële vennootschappen. Indien de geldende rente voor kredieten aan niet-financiële vennootschappen lager is dan de actualisatievoet, wordt de actualisatievoet toegepast.

§ 3

[Onverminderd de in paragrafen 1 en 2 voorziene beperkingen, kan de kernprovisievennootschap in elk geval enkel lenen aan kernexploitanten die kunnen worden beschouwd als schuldenaars van goede kwaliteit, tot een maximum van vijfenzeventig procent van het bedrag van het gedeelte van de voorzieningen dat de ontmanteling en het beheer van verbruikte splijtstof respectievelijk dekt. De kwaliteit van het krediet van elke kernexploitant wordt gemeten en periodiek opnieuw geëvalueerd door middel van een schuldratio ten aanzien van het eigen vermogen, op geconsolideerde basis, en van een credit rating.]
De evolutie van de kwaliteit van het krediet van de kernexploitant wordt aan deze criteria getoetst op basis van een geleidelijke en transparante schaal, vastgesteld in een overeenkomst tussen de Staat, de kernprovisievennootschap en de kernexploitanten. Nadat deze overeenkomst is opgezegd overeenkomstig de daarin gestelde voorwaarden, stelt de Koning deze schaal vast bij een besluit, vastgesteld na overleg in de Ministerraad. Zolang dit koninklijk besluit niet in werking is getreden, blijven de transparante schaal en de beschouwing van het geconsolideerde toepassingsgebied van de kernexploitanten die onder voormelde overeenkomst vallen, evenwel gelden.
Indien zich belangrijke wijzigingen voordoen aan de methodiek van de credit rating of indien ingevolge andere externe ontwikkelingen, de schaal niet langer toereikend is om de solvabiliteit te meten van een onderneming zoals de kernexploitant, kan de kernprovisievennootschap of de kernexploitant aan de Commissie voor nucleaire voorzieningen wijzigingen voorstellen aan deze schaal of aan de definitie of de meting van de indicatoren, of kan de Commissie voor nucleaire voorzieningen eisen dat zij dergelijke wijzigingen voorstellen. Indien de Commissie voor nucleaire voorzieningen en de kernprovisievennootschap of de kernexploitant hierover geen akkoord bereiken, kan de Koning, op voorstel van de Commissie voor nucleaire voorzieningen, de schaal vaststellen bij een besluit, vastgesteld na overleg in de Ministerraad. De Koning is gemachtigd deze paragraaf aan te passen na de inwerkingtreding van het in het tweede lid bedoelde koninklijk besluit.

§ 4

De voorwaarden van de leningen toegekend door de kernprovisievennootschap in toepassing van paragrafen 1 en 2, worden bepaald in één of meerdere overeenkomsten afgesloten tussen de kernprovisievennootschap en de betrokken kernexploitant.
Voor elke lening die overeenkomstig de paragrafen 1 en 2 werd toegekend en betrekking heeft op de tegenwaarde van de nucleaire voorzieningen, stelt de betrokken ontlener aan de kernprovisievennootschap een of meer door hemzelf of voor zijn rekening aangegane zakelijke of persoonlijke zekerheden, die de volledige terugbetaling van de krachtens de paragrafen 1 en 2 geleende bedragen, in hoofdsom, intresten en kosten, op passende wijze dekken. Deze zekerheden worden door de Commissie voor nucleaire voorzieningen voorafgaandelijk goedgekeurd. Zij worden in de leningsovereenkomsten opgenomen en zijn onderworpen aan het Belgische recht.
In geval van een waardevermindering van een of meer door de kernexploitant gestelde zakelijke of persoonlijke zekerheden, waarvan de Commissie voor nucleaire voorzieningen oordeelt dat deze van aanzienlijke en blijvende aard is, kan de Commissie voor nucleaire voorzieningen, binnen de door haar te bepalen termijn, eisen dat een of meer aanvullende zekerheden worden gesteld om de volledige terugbetaling, in hoofdsom, intresten en kosten, van de krachtens de paragrafen 1 en 2 geleende bedragen op passende wijze te dekken.
Voorafgaand aan hun ondertekening worden de ontwerpovereenkomsten meegedeeld aan de Commissie voor nucleaire voorzieningen, en zij mogen pas worden ondertekend na goedkeuring door deze laatste. De Commissie voor nucleaire voorzieningen controleert de overeenstemming ervan met de bepalingen van deze wet, met de overeenkomst gesloten tussen de Staat, de kernprovisievennootschap en de kernexploitanten en, bij de inwerkingtreding ervan, met het in paragraaf 3, tweede lid, bedoelde koninklijk besluit. Binnen de twintig werkdagen stelt zij de kernprovisievennootschap schriftelijk in kennis van haar weigering of goedkeuring. De Commissie voor nucleaire voorzieningen kan haar goedkeuring afhankelijk stellen van het verstrekken van een of meerdere zekerheden die hoger zijn dan of verschillen van de zekerheden die voorgesteld werden door of voor rekening van de betrokken ontlener. Zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming van de Commissie voor nucleaire voorzieningen, mag naderhand geen enkele wijziging [aan de lenings- of zekerheidsovereenkomst of lenings- of zekerheidsvoorwaarden] worden aangebracht.
Elke leningsovereenkomst dient te bepalen dat de vervroegde terugbetaling, van de hoofdsom en de intresten, van het gehele overeenkomstig artikel 15, §§ 1 en 2 geleende bedrag, in ieder geval kan worden geëist wanneer blijkt dat het bedrag van de aldus verstrekte leningen het in de paragrafen 1 en 2 van dit artikel bedoelde maximum, dat, overeenkomstig artikel 16, naar beneden kan worden herzien, overschrijdt.

§ 5

Het gedeelte van de tegenwaarde van de nucleaire voorzieningen dat niet het voorwerp uitmaakt van leningen aan kernexploitanten overeenkomstig de paragrafen 1 en 2, wordt door de kernprovisievennootschap geplaatst:
in activa, uitgegeven door rechtspersonen andere dan bijdragende vennootschappen, kernexploitanten of ermee verbonden vennootschappen, met uitzondering van de dochtervennootschappen van de kernprovisievennootschap, die voldoen aan de minimumcriteria op sociaal gebied, en op het gebied van leefmilieu, mensenrechten en behoorlijk bestuur, met aandacht voor een voldoende diversificatie en spreiding van de beleggingen teneinde het risico te beperken;
in leningen aan rechtspersonen andere dan kernexploitanten of vennootschappen verbonden aan kernexploitanten, in overeenstemming met het derde lid.
In afwijking van het eerste lid, beperkt de Commissie voor nucleaire voorzieningen het percentage dat de kernprovisievennootschap kan beleggen in activa uitgegeven door rechtspersonen die actief zijn in de fossiele en nucleaire energiesector. Dit percentage is zo laag als redelijk mogelijk.
De voorwaarden voor de leningen, bedoeld in het eerste lid, 2°, en de zekerheden die door de begunstigden van deze leningen moeten worden gevestigd ten gunste van de kernprovisievennootschap om de beschikbaarheid van de tegenwaarde van deze sommen te garanderen, worden vastgelegd in de overeenkomsten tussen de kernprovisievennootschap en de begunstigden. Deze overeenkomsten worden aan de Commissie voor nucleaire voorzieningen ter goedkeuring voorgelegd, waarbij deze laatste nagaat of ze in overeenstemming zijn met de bepalingen van deze wet. Indien geen enkele overeenkomst wordt gesloten, neemt de Ministerraad een beslissing op eensluidend advies van de Commissie voor nucleaire voorzieningen.

§ 6

De kernprovisievennootschap houdt binnen de activa die de tegenwaarde vormen van de daartoe bestemde voorzieningen op ieder ogenblik voldoende liquiditeiten aan, in de vorm van financiële activa die in minder dan dertig dagen liquideerbaar zijn, om [alle kosten verbonden met de kosten van ontmanteling en de kosten van het beheer van de verbruikte splijtstof] gedurende de volgende drie werkingsjaren te financieren.

[§ 7

De kernprovisievennootschap opent en bewaart een afzonderlijke rekening voor het bewaren van de middelen die ze ontvangt van de moedervennootschap van de kernexploitant overeenkomstig artikel 20/1.
]

Artikel 16

§ 1

Binnen de grenzen voorzien in artikel 15 [en op ieder ogenblik], kan de Commissie voor nucleaire voorzieningen het maximumpercentage verlagen van de fondsen die de kernprovisievennootschap mag uitlenen aan een kernexploitant, [in functie van zijn kredietkwaliteit en naarmate deze kwaliteit wijzigt] in het licht van de in artikel 15 vastgestelde criteria. Van zodra de Commissie voor nucleaire voorzieningen het percentage van de fondsen die de kernprovisievennootschap aan een kernexploitant kan lenen in toepassing van deze wet verlaagt, bepaalt ze het bedrag dat deze laatste aan de kernprovisievennootschap dient terug te storten van de leningen die hem werden toegekend in uitvoering van artikel 15, §§ 1 en 2. De Commissie voor nucleaire voorzieningen stelt tevens een zo kort mogelijke termijn vast binnen dewelke deze terugbetaling dient te zijn uitgevoerd, rekening houdend met de tijdsbestekken om de fondsen te mobiliseren.

§ 2

Ingeval een bedrag dat overeenkomstig artikel 11, door een kernexploitant aan de kernprovisievennootschap verschuldigd is, niet tijdig wordt betaald, en na ingebrekestelling waarin een periode voor rechtzetting van dertig dagen wordt voorzien, vordert de kernprovisievennootschap onverwijld, zonder afbreuk te doen aan de verdere nakoming van de verplichtingen door de bijdragende vennootschap of kernexploitant, de volledige terugbetaling, in hoofdsom en rente, van alle leningen die, in voorkomend geval, zijn verstrekt overeenkomstig artikel 15, §§ 1 en 2. Hetgeen voorafgaat doet geen afbreuk aan de uitoefening door de Commissie voor nucleaire voorzieningen van de bevoegdheden die haar overeenkomstig deze wet worden toegekend. Indien de kernprovisievennootschap de in dit artikel bedoelde terugbetaling niet vordert, kan de Commissie voor nucleaire voorzieningen deze terugbetaling zelf eisen van de betrokken kernexploitant.

§ 3

In geval van een belangrijke wijziging van het aandeelhouderschap van de kernexploitant aan wie een lening verstrekt wordt, waarvan de Commissie voor nucleaire voorzieningen oordeelt dat ze een reëel risico vormt voor het bestaan, de toereikendheid en de beschikbaarheid van de activa die de tegenwaarde vormen van de nucleaire voorzieningen, kan de Commissie voor nucleaire voorzieningen de kernprovisievennootschap verplichten de volledige terugbetaling van de krachtens artikel 15, §§ 1 en 2 geleende bedragen te eisen, in hoofdsom, intresten en kosten, zonder afbreuk te doen aan de verdere nakoming van de verplichtingen door de kernexploitant en de bijdragende vennootschap.
In het bijzondere geval van een verandering van de controlerende aandeelhouder van de kernexploitant kan de Commissie voor nucleaire voorzieningen de kernprovisievennootschap verplichten de volledige terugbetaling van de krachtens artikel 15, §§ 1 en 2 geleende bedragen te eisen, in hoofdsom, intresten en kosten, en zonder afbreuk te doen aan de verdere nakoming van de verplichtingen door de kernexploitant en de bijdragende vennootschap.

Artikel 17
Zodra de kernprovisievennootschap fondsen ter beschikking stelt aan een kernexploitant in het kader van een leningsovereenkomst bedoeld in artikel 15, §§ 1 en 2, ontstaat een algemeen voorrecht op de roerende goederen van de kernexploitanten ten voordele van de kernprovisievennootschap. Dit voorrecht waarborgt de terugbetaling van de betrokken leningen ten belope van het ontleende bedrag in hoofdsom, intresten en kosten. Dit algemeen voorrecht op de roerende goederen dekt ook alle fondsen die ter beschikking werden gesteld aan elke kernexploitant in het kader van een leningsovereenkomst, bedoeld in artikel 15, die werd afgesloten vóór de inwerkingtreding van deze wet.
Het voorrecht bedoeld in het eerste lid, vervalt van zodra het volledige bedrag van alle leningen aan de kernexploitant toegekend, in het kader van een of meer leningsovereenkomsten, bedoeld in artikel 15, §§ 1 en 2, volledig is terugbetaald aan de kernprovisievennootschap, in hoofdsom, intresten en kosten.
De leningsovereenkomsten, bedoeld in artikel 15, §§ 1 en 2, bevatten een zogenaamde “negative pledge”-clausule krachtens dewelke de betrokken ontlener zijn activa niet mag belasten met hypotheken en zakelijke of persoonlijke zekerheden, ter ondersteuning van zijn financiële schuld of de financiële schuld van derden, behalve indien hij een gelijkwaardige zekerheid kan stellen of verschaffen ten gunste van de kernprovisievennootschap, of indien hij een voorafgaande toestemming van de Commissie voor nucleaire voorzieningen heeft bekomen. Dit verbod geldt niet voor bestaande zekerheden en zekerheden gesteld in de normale bedrijfsvoering.

Artikel 18
Het voorrecht bedoeld in artikel 17 komt in rang onmiddellijk na dit bedoeld in artikel 19, 4°, nonies, van de hypotheekwet van 16 december 1851.

Artikel 19
De Commissie voor nucleaire voorzieningen waakt erover dat de voorzieningen aangelegd krachtens artikel 11, de kosten van ontmanteling en van beheer van verbruikte splijtstof niet overstijgen.