Meer info
 

26/04/24 Wet HEDERA
Wet van 26 april 2024 houdende de oprichting, organisatie en werking van een publiekrechtelijke instelling die tot doel heeft de financiële verantwoordelijkheid voor bepaalde nucleaire verplichtingen te dragen

Hoofdstuk 4 Verplichtingen waarvoor de instelling de financiële verantwoordelijkheid draagt en middelen waarover zij daartoe beschikt

Afdeling 1 Verplichtingen

Artikel 13

De instelling neemt de financiële verantwoordelijkheid voor de volgende nucleaire passiva over:
de verplichtingen voortvloeiend uit de ontmanteling en de sanering van de voormalige pilootopwerkingsfabriek Eurochemic en de oude afvalverwerkingsafdeling van het Studiecentrum voor Kernenergie;
de verplichtingen voortvloeiend uit de denuclearisatie van de installaties, alsook van de verwerking, de conditionering, de opslag en de berging van het geaccumuleerd radioactief afval, met inbegrip van het radioactief afval afkomstig van de gedenucleariseerde installaties, ten gevolge van de nucleaire activiteiten van het Studiecentrum voor Kernenergie tot 31 december 1988;
de verplichtingen die voortvloeien uit de ontmanteling en sanering van de installaties voor de productie van medische radio-isotopen van het Nationaal Instituut voor Radio-elementen, alsmede de verwerking, de conditionering, de opslag en de berging de nucleaire materialen en het radioactief afval afkomstig uit de ontmanteling; en
de verplichtingen die voortvloeien uit de verwerking, de conditionering, de opslag en de berging van de nucleaire materialen en het radioactief afval dat afkomstig is van de nucleaire activiteiten van het Nationaal Instituut voor Radio-elementen.
De Koning bepaalt bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, en na advies van de CNV, de datum en de nadere regels van de in het eerste lid bedoelde overdracht.

Artikel 14

De instelling neemt van rechtswege de financiële verantwoordelijkheid met betrekking tot de overgedragen financiële verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof bedoeld in de wet van 26 april 2024 houdende de verzekering van de bevoorradingszekerheid op het gebied van energie en de hervorming van de sector van de nucleaire energie over, onder de voorwaarden, tegen de betaling, en op het ogenblik in die wet bepaald.

Artikel 15

De instelling draagt geen enkele financiële verantwoordelijkheid en heeft geen enkele financiële of andere verplichting met betrekking tot de ontmanteling van nucleaire inrichtingen, het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof dan degene die haar uitdrukkelijk bij wet zijn toegekend.

Artikel 16

De Koning kan alle maatregelen nemen om de overname van de verplichtingen bedoeld in deze afdeling nader te regelen of te vergemakkelijken.

Afdeling 2 Middelen

Artikel 17

Het in artikel 13, tweede lid, bedoelde besluit regelt tevens de datum en de modaliteiten van de overdracht aan de instelling van de middelen die dienen tot dekking van de financiële verantwoordelijkheid voor de nucleaire passiva bedoeld in artikel 13, met inbegrip van:
de middelen uit het fonds ten voordele van de NIRAS, genaamd “passief BP”;
de middelen uit het fonds ten voordele van de NIRAS, genaamd “BR3”; en
de middelen uit het fonds ten voordele van de NIRAS, genaamd “passief I.R.E.”.
De instelling beschikt over jaarlijkse dotaties, uitgetrokken op de algemene uitgavenbegroting, noodzakelijk tot dekking van de overgedragen financiële verplichtingen bedoeld in artikel 13, eerste lid, 2° en 3°.
De Koning kan, bij het in het eerste lid bedoelde besluit, de andere middelen of bronnen van inkomsten die nu reeds tot dekking van de overgedragen financiële verplichtingen bedoeld in artikel 13 worden aangewend, en die niet in het eerste lid zijn vermeld, aan de instelling overdragen of toewijzen.

Artikel 18

De instelling ontvangt de forfaitaire bedragen bedoeld in artikel 8 van de wet van 26 april 2024 houdende de verzekering van de bevoorradingszekerheid op het gebied van energie en de hervorming van de sector van de nucleaire energie tot dekking van de overgedragen financiële verplichtingen bedoeld in artikel 14.

Artikel 19

De middelen uit het Fonds op lange termijn bedoeld in artikel 179, § 2, 11°, vijfde lid van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980, die dienen tot dekking van de verplichtingen van de instelling bedoeld in artikel 13 en artikel 14, worden aan de instelling overgedragen op de datum en onder de voorwaarden door de Koning, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, bepaald.

Artikel 20

De instelling beschikt ook over de volgende middelen:
een dotatie voor de uitvoering van de opdrachten bedoeld in artikel 12;
een dotatie in de mate dat de middelen van de instelling in een bepaald compartiment op enig moment niet volstaan om de kosten die voortvloeien uit de overgedragen financiële verplichtingen gekoppeld aan dat compartiment te voldoen op het ogenblik dat die kosten zich voordoen.

Artikel 21

De Koning kan alle maatregelen nemen om de overdracht van de middelen bedoeld in deze afdeling nader te regelen of te vergemakkelijken.