26/04/24 Wet Bevoorradingszekerheid
Wet van 26 april 2024 houdende de verzekering van de bevoorradingszekerheid op het gebied van energie en de hervorming van de sector van de nucleaire energie
Hoofdstuk 2 Overdracht van bepaalde financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof
Afdeling 1 Inleiding
Artikel 3 Inleidende bepaling
De voorwaarden voor de overdracht van de hieronder omschreven overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof zijn bepaald in afdeling 2 “Voorwaarden voor het verlenen van de overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof” en afdeling 3 “Modaliteiten voor de overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof”.
Artikel 4 Definities
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
- 1°
- buitenbedrijfstelling: alle technische, administratieve en andere handelingen, maatregelen of verrichtingen die nodig zijn om de betrokken installatie(s) te kunnen schrappen van de lijst van geclassificeerde installaties in de zin van de regelgeving betreffende de bescherming tegen ioniserende straling. De ontmanteling is inbegrepen in de buitenbedrijfstelling;
- 2°
-
wet van 12 juli 2022: de wet van 12 juli 2022 tot versterking van het kader dat van toepassing is op de voorzieningen aangelegd voor de ontmanteling van de kerncentrales en voor het beheer van verbruikte splijtstof en tot gedeeltelijke opheffing en wijziging van de wet van 11 april 2003 betreffende de voorzieningen aangelegd voor de ontmanteling van de kerncentrales en voor het beheer van splijtstoffen bestraald in deze kerncentrales;
- 3°
- ontmanteling: alle technische, administratieve en andere acties, maatregelen of handelingen, met inbegrip in overeenstemming met de toepasselijke wetgeving, (i) die deel uitmaken van de buitenbedrijfstelling van de kerncentrales, (ii) om de exploitatie van alle kerncentrales, inclusief de LTO-eenheden, te beėindigen, (iii) waarbij de kerncentrale(s) en de bijbehorende installaties en/of activa worden ontmanteld en alle structuren, materialen, onderdelen en apparatuur worden verwijderd en/of gedecontamineerd, met het oog op de overdracht, het hergebruik, de recyclage en het langetermijnbeheer van het resulterende radioactief afval, en (iv) waardoor de nucleaire installaties en alle daarmee verband houdende activa worden vrijgegeven van stralingsbeperkingen en niet langer onderworpen zijn aan de wet- en regelgeving inzake de bescherming tegen ioniserende straling;
- 4°
- moment van overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof: het moment van overdracht zoals gedefinieerd in artikel 8;
- 5°
- acceptatiecriteria: alle criteria waaraan moet worden voldaan opdat het betrokken radioactief afval of de betrokken verbruikte kernbrandstof door de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen zou worden geaccepteerd overeenkomstig de toepasselijke wetgeving, in het bijzonder artikel 179, § 2, 4°, vierde lid, van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980;
- 6°
- categorie A-afval, categorie B-afval, categorie C-afval en categorie verbruikte kernbrandstof, gezamenlijk “categorieėn” en afzonderlijk “categorie”: het pakket radioactief afval of verbruikte kernbrandstof zoals door de Koning ingedeeld in deze categorieėn en dat voldoet aan de door de Koning bepaalde contractuele overdrachtscriteria;
- 7°
- overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof: de financiėle verplichtingen inzake (i) het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof dat voldoet aan de contractuele overdrachtscriteria met betrekking tot categorie A- afval, categorie B-afval en categorie C-afval, categorie verbruikte kernbrandstof en (ii) de nucleaire sites die voldoen aan de contractuele overdrachtscriteria, met betrekking tot de beheerfases van zodra dat het pakket radioactief afval of verbruikte kernbrandstof of de relevante nucleaire site in overeenstemming is met de relevante contractuele overdrachtscriteria, met inbegrip van de inbegrepen NIRAS-kosten, maar met uitzondering van de uitgesloten NIRAS-kosten;
- 8°
- inbegrepen NIRAS-kosten: de volgende kosten van de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen:
- a)
- kosten na de overdracht van de sites voor het overgedragen deel van de sites zoals gedefinieerd in artikel 22 tot en met artikel 26;
- b)
- vervoer van de pakketten radioactief afval en van de pakketten verbruikte kernbrandstof van de nucleaire sites naar Belgoprocess;
- c)
- kosten gefinancierd door het Fonds voor de Lange Termijn;
- d)
- onderzoeks- en ontwikkelingskosten voor diepe geologische en oppervlakteberging met inbegrip van studies naar de bergingscapaciteit;
- e)
- voorlopige opslag, met uitzondering van de kosten van een nieuw opslaggebouw voor TSC-containers zoals geļdentificeerd door de Koning;
- f)
- economische studies met betrekking tot de diepe geologische berging en oppervlakteberging en de voorlopige opslag van pakketten radioactief afval en verbruikte kernbrandstof;
- g)
- alle kosten in verband met historisch categorie A-afval, categorie B-afval en categorie C-afval, met inbegrip van “Gelvaten”-kosten zoals bedoeld in CCHO-contract 2015-0891/00/00 en de wijzigingen daarvan;
- h)
- 50 % van de kosten van de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen om te controleren of de pakketten radioactief afval en verbruikte kernbrandstof op het moment van de operationele overdracht aan de contractuele overdrachtscriteria voldoen;
- i)
- kosten met betrekking tot het fonds op middellange termijn voor geologische berging;
- j)
- kosten in verband met het fonds op middellange termijn voor oppervlakteberging, tot een bedrag van 92.000.000 euro, alles inbegrepen; euro 2022, te indexeren aan 3 % op jaarbasis;
- 9°
- uitgesloten NIRAS-kosten: alle andere kosten dan de inbegrepen NIRAS-kosten, met inbegrip van het saldo van de kosten van meer dan 92.000.000 euro met betrekking tot het fonds op middellange termijn voor oppervlakteberging (euro 2022, te indexeren aan een tarief van 3 %), en het niet-opgenomen deel van de kosten van de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen voor de controle van de conformiteit van de pakketten radioactief afval en verbruikte kernbrandstof met de contractuele overdrachtscriteria. Al deze kosten blijven ten laste van de kernexploitant. De uitgesloten NIRAS-kosten worden gedragen door de kernexploitant tot de datum van overdracht van de sites of tot de datum van operationele overdracht van alle pakketten radioactief afval en verbruikte kernbrandstof, naargelang welke datum later valt, en onverminderd de kosten van een eventueel beroep op de conditioneringswaarborg onder de voorwaarden van artikel 10, § 5;
- 10°
- categorie X-afval: elk type toekomstig categorie A-afval of categorie B-afval niet geļdentificeerd door de Koning in categorie A of B;
- 11°
- conditioneren: het proces van het verwerken van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof in overeenstemming met de contractuele overdrachtscriteria;
- 12°
- conditioneringswaarborg: de waarborg voor elk nietdetecteerbaar gebrek met betrekking tot het conditioneren zoals voorzien in artikel 3, § 3, derde lid, van het koninklijk besluit van 30 maart 1981 houdende bepaling van de opdrachten en de werkingsmodaliteiten van de openbare instelling voor het beheer van radioactief afval en splijtstoffen;
- 13°
- contractuele overdrachtscriteria: de criteria zoals gedefinieerd in artikel 19;
- 14°
- bijdragende vennootschap: een bijdragende vennootschap zoals gedefinieerd in artikel 2, 7°, van de wet van 12 juli 2022;
- 15°
- droge opslag gebouwen: de gebouwen met een vergunning voor droge opslag waar verbruikte kernbrandstof veilig wordt opgeslagen in overeenstemming met alle toepasselijke voorschriften;
- 16°
- Engie partij: a) de kernexploitant en/of elke entiteit die verbonden is met de kernexploitant, met dien verstande dat handelingen en/of het nalaten te handelen van de naamloze vennootschap naar Frans recht Engie en/of elke entiteit die daarmee verbonden is en/of van hun personeel van rechtswege en onweerlegbaar zullen worden toegeschreven aan de kernexploitant, en/of b) alle leden van het personeel van elke entiteit waarnaar onder a) wordt verwezen, en met dien verstande dat “verbonden entiteiten” worden gedefinieerd in de zin van de internationale boekhoudnormen die zijn goedgekeurd overeenkomstig Verordening (EG) 1606/2002;
- 17°
- forfaitaire bedragen: de betekenis zoals bepaald in artikel 10, § 1;
- 18°
- toekomstig categorie A-afval, toekomstig categorie B-afval en toekomstig categorie C-afval: alle pakketten radioactief afval van de betreffende categorie die niet als historisch categorie A-afval, historisch categorie B-afval of historisch categorie C-afval moeten worden beschouwd;
- 19°
- historisch categorie A-afval, historisch categorie B-afval of historisch categorie C-afval: alle pakketten radioactief afval van de betrokken categorie geproduceerd en geconditioneerd vóór 1 januari 2022 (i) die reeds zijn overgedragen naar en fysiek opgeslagen in de installaties van de naamloze vennootschap Belgoprocess of (ii) die pakketten radioactief afval op de nucleaire sites zijn die door de Koning zijn geļdentificeerd;
- 20°
- voorlopige opslag: de langdurige voorlopige opslag van pakketten radioactief afval of verbruikte kernbrandstof na de overeenstemming van de betrokken pakketten met de contractuele overdrachtscriteria en de operationele overdracht in een installatie met de bedoeling deze later te bergen;
- 21°
- wettelijke desactiveringsdatum: de volgende data:
- a)
- voor Doel 1: 15 februari 2025;
- b)
- voor Doel 2: 1 december 2025;
- c)
- voor Doel 3: 1 oktober 2022;
- d)
- voor Doel 4: 1 juli 2025;
- e)
- voor Tihange 1: 1 oktober 2025;
- f)
- voor Tihange 2: 1 februari 2023;
- g)
- voor Tihange 3: 1 september 2025;
- 22°
- LTO-afval en LTO-verbruikte kernbrandstof: al het radioactief afval en al de verbruikte kernbrandstof geproduceerd door de exploitatie van de LTO-eenheden na de wettelijke desactiveringsdatum en tot het einde van de LTO van de betrokken LTO-eenheid, met inbegrip van vervangen uitrustingen, maar met uitsluiting van het radioactief afval geproduceerd door de buitenbedrijfstelling en ontmanteling;
- 23°
- nucleaire site:
- a)
- alle terreinen, installaties, gebouwen, uitrustingen, structuren en aanverwante goederen gelegen aan de avenue de l'Industrie 1 te 4500 Huy (Tihange) indien en in de mate dat ze in eigendom zijn van de kernexploitant, van een bijdragende vennootschap, of van enige andere mede-eigenaar van de kerncentrales; of
- b)
- alle terreinen, installaties, gebouwen, uitrustingen, structuren en aanverwante goederen gelegen aan de Haven 1800, Scheldemolenstraat, te 9130 Doel indien en in de mate dat ze in eigendom zijn van de kernexploitant, van een bijdragende vennootschap, of enige andere mede-eigenaar van de kerncentrales;
beide nucleaire sites bedoeld onder a) en b) zijn afgebakend volgens de externe perimeter meegedeeld op 9 februari 2016 aan de federale overheid overeenkomstig de wet van 22 juli 1985 betreffende de wettelijke aansprakelijkheid op het gebied van kernenergie;
- 24°
- radioactief afval: al het radioactief materiaal met betrekking tot en/of geproduceerd door en/of voortkomend uit alle kerncentrales, met inbegrip van radioactief materiaal geproduceerd door de buitenbedrijfstelling en ontmanteling, waarvoor geen verder gebruik is gepland of wordt nagestreefd door de Staat of door een rechtspersoon of natuurlijke persoon wiens beslissing door de Staat of enige toepasselijke wet wordt aanvaard, en dat daarenboven door het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle als radioactief afval wordt beschouwd op basis van een wettelijke of reglementaire bepaling;
- 25°
- financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof: alle historische, bestaande of toekomstige financiėle kosten met betrekking tot de productie, het in bewaring houden en/of de eigendom van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof, met inbegrip van de verplichtingen voortvloeiend uit elke bestaande of toekomstige wet of reglementering, met inbegrip van, maar niet beperkt tot, artikel 179 van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980, het koninklijk besluit van 30 maart 1981 houdende bepaling van de opdrachten en de werkingsmodaliteiten van de openbare instelling voor het beheer van radioactief afval en splijtstoffen, uit het contract voor het ophalen van radioactief afval of enige andere verplichting met betrekking tot de productie, de bewaring of de eigendom van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof of de financiering van de taken of opdrachten van de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen;
- 26°
- pakket radioactief afval: het radioactief afval dat in overeenstemming is met en voldoet aan de toepasselijke contractuele overdrachtscriteria voor dat type radioactief afval;
- 27°
- overdracht van de nucleaire site: de overdracht van de nucleaire site zoals gedefinieerd in artikel 22 tot en met artikel 26;
- 28°
- datum van overdracht van de nucleaire site: de datum van overdracht van de nucleaire site zoals bedoeld in artikel 22;
- 29°
- verbruikte kernbrandstof: de kernbrandstof die is bestraald in de kern van een reactor en permanent is verwijderd; de verbruikte kernbrandstof kan worden beschouwd als een terugwinbare grondstof die kan worden hergebruikt of opgewerkt, of kan worden verwijderd als ze als radioactief afval wordt beschouwd;
- 30°
- pakket verbruikte kernbrandstof: de verbruikte kernbrandstof die is geconditioneerd en die in overeenstemming is met en voldoet aan de toepasselijke contractuele overdrachtscriteria;
- 31°
- volumeaanpassingsvergoeding: de volumeaanpassingsvergoeding zoals gedefinieerd in artikel 16 tot en met 18;
- 32°
- volumekrediet: het volumekrediet zoals gedefinieerd in artikel 11;
- 33°
- Fonds op lange termijn: het fonds voor de financiering van de opdrachten op lange termijn van de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen, zoals bepaald in artikel 179, § 2, 11°, vierde lid, van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980;
- 34°
- Fonds op middellange termijn: het fonds zoals bepaald in artikel 179, § 2, 11°, zevende lid, van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980;
- 35°
- kortetermijnopslag: het kortetermijnopslag op nucleaire sites vóór de operationele overdracht van pakketten verbruikte kernbrandstof of radioactief afval en de overeenstemming van de betrokken pakketten met de contractuele overdrachtscriteria, met het oog op de latere verwijdering ervan voor voorlopige opslag of berging;
- 36°
- Hedera: de publiekrechtelijke instelling met rechtspersoonlijkheid “Hedera”, bedoeld in de wet van 26 april 2024 houdende de oprichting, organisatie en werking van een publiekrechtelijke instelling die tot doel heeft de financiėle verantwoordelijkheid voor bepaalde nucleaire verplichtingen te dragen;
- 37°
- operationele overdracht: de tenlasteneming en de eigendomsoverdracht aan de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen zodra deze heeft vastgesteld dat een pakket radioactief afval of een pakket verbruikte kernbrandstof voldoet aan de contractuele overdrachtscriteria;
- 38°
- industriėle greenfield: de grond nadat de kerncentrales volledig werden ontmanteld en nadat alle toepasselijke saneringsverplichtingen naar aanleiding van het beėindigen van risico-activiteiten en/of voorafgaand aan de eigendomsoverdracht, werden uitgevoerd;
- 39°
- kernprovisievennootschap: de naamloze vennootschap Belgische Maatschappij voor Kernbrandstoffen Synatom, bedoeld in artikel 1 van het koninklijk besluit van 10 juni 1994 tot invoering ten voordele van de Staat van een bijzonder aandeel in Synatom en waarvan het statuut wordt geregeld door artikel 179, § 1, van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980, of iedere rechtsopvolgende vennootschap.
Afdeling 2 Voorwaarden voor het verlenen van de overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof
Artikel 5 Definities
Voor de toepassing van artikel 6 tot en met artikel 8 wordt verstaan onder:
- 1°
- gekarakteriseerde grove nalatigheid: elke wezenlijke handeling en/of elk wezenlijk nalaten om te handelen die/dat kennelijk geen enkele redelijke en voorzichtige kernexploitant in dezelfde omstandigheden zou hebben begaan, rekening houdend met onder andere de volgende elementen:
- a)
- de toepasselijke wet- en regelgeving;
- b)
- de toepasselijke veiligheids- en beveiligingsoverwegingen en de toepasselijke technische overwegingen;
- c)
- de ouderdom en staat van de LTO-eenheden;
- d)
- het feit dat alle handelingen en/of het nalaten om te handelen verricht dan wel geschied tot 9 januari 2023 werden genomen door de kernexploitant in afwezigheid van een LTO-scenario; en
- e)
- de onvoorzienbare omstandigheden die te wijten zijn aan een derde, met inbegrip van eventuele onderaannemers, of aan externe omstandigheden, met andere woorden omstandigheden die niet zijn toe te rekenen aan een Engie partij, en in alle gevallen indien deze omstandigheden niet te wijten zijn aan een Engie partij en buiten de redelijke controle van de relevante Engie partij vallen. Dergelijke onvoorzienbare omstandigheden omvatten de schending door de Staat of enige andere bevoegde autoriteit van de verplichtingen onder enig transactiedocument in het kader van de LTO-doorstart van de twee LTO-eenheden of van de toepasselijke regelgeving;
- 2°
- grove nalatigheid: elke wezenlijke handeling en/of elk wezenlijk nalaten om te handelen die/dat een redelijke en voorzichtige kernexploitant in dezelfde omstandigheden duidelijk niet zou hebben begaan, rekening houdend met onder andere de volgende elementen:
- a)
- de toepasselijke wet- en regelgeving;
- b)
- de toepasselijke veiligheids- en beveiligingsoverwegingen en de toepasselijke technische overwegingen;
- c)
- de ouderdom en staat van de LTO-eenheden;
- d)
- het feit dat alle handelingen en/of het nalaten om te handelen die zijn verricht dan wel zich hebben voorgedaan tot 9 januari 2023 werden genomen door de kernexploitant in afwezigheid van een LTO-scenario; en
- e)
- de onvoorzienbare omstandigheden die te wijten zijn aan een derde, met inbegrip van eventuele onderaannemers, of externe omstandigheden, met andere woorden omstandigheden die niet zijn toe te rekenen aan een Engie partij, en in elk geval indien deze omstandigheden niet te wijten zijn aan een Engie partij en buiten de redelijke controle van de relevante Engie partij vallen. Dergelijke onvoorzienbare omstandigheden omvatten de schending door de Staat of enige andere bevoegde autoriteit van verplichtingen onder enig transactiedocument in het kader van de LTO-doorstart van de twee LTO-eenheden of van de toepasselijke regelgeving;
- 3°
- opzettelijk wangedrag: elke grove nalatigheid waarbij de betreffende Engie partij kennelijk heeft gehandeld met de intentie om deze grove nalatigheid te plegen.
- 4°
- de vrijgave van de niet-Europese activa van de kernexploitant: alle verrichtingen op de datum van closing zoals gedefinieerd in de transactiedocumenten met het oog op (i) het overdragen van de niet-Europese activa van de kernexploitant aan de verbonden ondernemingen waarover de kernexploitant geen controle uitoefent, en (ii) het gebruik en het verdelen van de gerelateerde fondsen.
Artikel 6 Voorwaarden voor het verlenen van de overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van categorie B-afval, categorie C-afval en categorie verbruikte kernbrandstof
§ 1
De overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van categorie B-afval, categorie C-afval en van de categorie verbruikte kernbrandstof komen ten laste van Hedera vanaf en op voorwaarde van de closing en van de betaling van de forfaitaire bedragen bedoeld in artikel 10, § 1.
§ 2
De overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van categorie B-afval, categorie C-afval en de categorie verbruikte kernbrandstof wordt geacht nooit te hebben bestaan indien, in een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke of arbitrale beslissing waartegen geen gewoon of buitengewoon beroep meer openstaat en die is uitgesproken in het kader van een procedure die door de Staat of door Hedera is ingeleid tegen de kernexploitant, wordt vastgesteld dat:
- a)
- de LTO-doorstartdatum niet werd bereikt voor één of beide LTO-eenheden uiterlijk op 1 november 2027 en het uitblijven van de LTO-doorstart voor één of beide LTO-eenheden uiterlijk op die datum werd veroorzaakt door (i) een vrijwillige beslissing om de LTO stop te zetten, niet verder te zetten en/of uit te voeren, behalve omwille van wezenlijke wijzigingen, en/of (ii) opzettelijk wangedrag door een Engie partij; en/of
- b)
- er op om het even welk ogenblik vanaf de datum van closing tot het voorziene einde van de exploitatie periode van de LTO-eenheden, geen LTO kan zijn om technische en/of operationele redenen en/of veiligheidsredenen en dat dit uitsluitend of hoofdzakelijk te wijten is aan een gekarakteriseerde grove nalatigheid door om het even welke Engie partij.
Voor de toepassing van dit artikel wordt onder “wezenlijke wijziging” verstaan: een wijziging die aan alle volgende voorwaarden voldoet: (i) de wijziging maakt de LTO buitensporig kostelijk, inclusief om technische en/of operationele redenen en/of om veiligheidsredenen redelijkerwijs onhaalbaar, zodat dit niet kan worden verwacht van een redelijke en voorzichtige exploitant; (ii) de wijziging is niet te wijten aan enige Engie partij.
De Staat of Hedera draagt in deze procedure de bewijslast en het bewijsrisico, met dien verstande dat de relevante partijen, met inbegrip van de Staat, Hedera, de kernexploitant en de moedermaatschappij van de kernexploitant verplicht zijn om aan de procedure mee te werken en transparantie te verschaffen en dat voor de relevante partijen in auditrechten zal worden voorzien.
§ 3
Indien de Staat op de hoogte is van een omstandigheid die zij beschouwt als een omstandigheid zoals bedoeld onder paragraaf 2, a) en/of b), zal zij de kernexploitant en de moedermaatschappij van de kernexploitant hiervan zo snel als mogelijk op de hoogte brengen met, indien redelijkerwijs mogelijk, een redelijke herstelperiode, zonder dat dit als een voorwaarde zal gelden in het kader van het bepaalde in dit artikel 6.
§ 4
Zodra de in artikel 10, § 1, bedoelde forfaitaire bedragen zijn betaald, kan de kernexploitant zijn niet-Europese activa vrijgeven.
§ 5
De vrijgave van niet-Europese activa valt niet binnen het toepassingsgebied van de wet van 12 juli 2022.
Artikel 7 Voorwaarden voor het verlenen van de overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake categorie A-afval
§ 1
De overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van categorie A-afval komen ten laste van Hedera vanaf en op voorwaarde van de LTO-doorstartdatum van beide LTO-eenheden en van de betaling van het forfaitaire bedrag bedoeld in artikel 10, § 1.
§ 2
Indien de LTO-doorstartdatum van één van beide LTO-eenheden niet heeft plaatsgevonden voor 1 november 2027, kan de overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van categorie A-afval enkel worden verleend indien, in een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke of arbitrale beslissing waartegen geen gewoon of buitengewoon beroep meer mogelijk is en die is uitgesproken in het kader van een procedure die door de kernexploitant is ingeleid tegen de Staat of Hedera, wordt vastgesteld dat deze afwezigheid van LTO-doorstart niet werd veroorzaakt door een grove nalatigheid van enige Engie partij. De kernexploitant draagt de bewijslast en het risico daarvan.
§ 3
Indien de Staat op de hoogte is van een omstandigheid die zij beschouwt als een omstandigheid als bedoeld in paragraaf 2, zal zij prompt de kernexploitant en de naamloze vennootschap naar Frans recht Engie hiervan in kennis stellen met verlening van, indien redelijkerwijs mogelijk, een redelijke hersteltermijn.
Artikel 8 Moment van overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen voor het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof
Na ontvangst van de volledige betaling van het relevante forfaitaire bedrag, zoals gedefinieerd in artikel 10, § 1, dewelke het moment van overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen voor het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof vormt, en onverminderd de mogelijkheid dat de overdracht geacht kan worden nooit te hebben bestaan overeenkomstig de artikelen 6 en 7, zullen de kernexploitant, de kernprovisievennootschap, en de bijdragende vennootschappen automatisch volledig en definitief worden ontheven, met onmiddellijke ingang vanaf het moment van overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen voor het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof en zonder dat verdere actie is vereist, van de gerelateerde overgedragen financiėle verplichtingen voor het beheer van het radioactief afval en verbruikte kernbrandstof.
De kernexploitant, de kernprovisievennootschap en de bijdragende vennootschappen zijn niet langer verplicht om, vanaf het moment van overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen voor het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof, te handelen met de Commissie voor nucleaire voorzieningen opgericht door de wet van 12 juli 2022, noch, voor de financiėle aspecten, met de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen opgericht door de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980 met betrekking tot de overgedragen financiėle verplichtingen voor het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof.
Afdeling 3 Modaliteiten voor de overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof
Onderafdeling 1 Overgedragen financiėle verplichtingen inzake radioactief afval en verbruikte kernbrandstof en vaststelling en betaling van de forfaitaire bedragen
Artikel 9
Behoudens de bepalingen van deze wet en zonder afbreuk te doen aan artikel 10 en de aansprakelijkheid van andere entiteiten zoals de bijdragende vennootschappen en de kernprovisievennootschap, neemt de kernexploitant alle financiėle verplichtingen inzake radioactief afval en verbruikte kernbrandstof op zich, met inbegrip van het in overeenstemming brengen van al het radioactief afval en verbruikte kernbrandstof met de contractuele overdrachtscriteria en de uitgesloten NIRAS-kosten.
Artikel 10
§ 1
De financiėle verantwoordelijkheid voor de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof wordt overgedragen aan Hedera, onder voorbehoud van en onverminderd de volumeaanpassingsvergoeding en hetgeen bepaald in deze afdeling en op voorwaarde van volledige betaling van de volgende forfaitaire bedragen aan Hedera:
- 1°
- categorie A-afval: 3.500.000.000 EUR (met waarde per 31 december 2022, geļndexeerd op het ogenblik van betaling aan drie procent per jaar of pro rata temporis voor een onvolledig jaar en verminderd met alle inbegrepen NIRAS-kosten betaald door de kernexploitant of de kernprovisievennootschap aan de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen met betrekking tot de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof voor categorie A-afval, en dit alles tussen 31 december 2022 en de datum waarop het forfaitaire bedrag voor categorie A-afval is betaald;
- 2°
- categorie B-afval: 1.000.000.000 EUR (met waarde per 31 december 2022), geļndexeerd op het ogenblik van betaling aan drie procent per jaar of pro rata temporis voor een onvolledig jaar en verminderd met de inbegrepen NIRAS-kosten die door de kernexploitant of de kernprovisievennootschap aan de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen zijn betaald met betrekking tot de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof voor categorie B-afval, en dit alles tussen 31 december 2022 en de datum waarop het forfaitaire bedrag voor categorie B-afval is betaald;
- 3°
- categorie C-afval en categorie verbruikte kernbrandstof: 10.500.000.000 euro (met waarde per 31 december 2022), geļndexeerd op het ogenblik van betaling aan drie procent per jaar of pro rata temporis voor een onvolledig jaar en verminderd met eventuele inbegrepen NIRAS-kosten betaald door de kernexploitant of de kernprovisievennootschap aan de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen met betrekking tot de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof voor categorie C-afval en categorie verbruikte kernbrandstof, en dit alles tussen 31 december 2022 en de datum waarop het forfaitaire bedrag voor categorie C-afval en verbruikte kernbrandstof is betaald.
De kernexploitant en de bijdragende vennootschappen worden, behalve in het geval bedoeld in artikel 6, § 2, na betaling van de forfaitaire bedragen zoals bepaald in het eerste lid vrijgesteld van en zijn niet langer financieel verantwoordelijk voor de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof voor de desbetreffende categorie, zonder afbreuk te doen aan de voortdurende operationele verantwoordelijkheid van de kernexploitant. Alle overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof komen ten laste van Hedera.
Elke verhoging van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof die zich voordoet na het moment van overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof wordt gedragen door Hedera, met inbegrip van verhogingen van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof die zich voordoen voordat het relevante radioactief afval en de verbruikte kernbrandstof aan de contractuele overdrachtscriteria voldoet.
In afwijking van artikel 179, §§ 1 en 2, van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980 worden enkel de inbegrepen NIRAS-kosten niet aangerekend aan de betrokken vennootschappen.
In afwijking van artikel 179, § 2, 4° en 6°, van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980 wordt de informatie die de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen moet verzamelen en evalueren voor de operationele overdracht van pakketten historisch afval van de categorieėn A, B en C en van pakketten verbruikte kernbrandstof, beperkt tot de informatie die vereist is volgens de contractuele overdrachtscriteria die op deze pakketten van toepassing zijn.
§ 2
De Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen is verantwoordelijk voor het transport van de overgedragen pakketten radioactief afval en de overgedragen verbruikte kernbrandstof van de nucleaire sites of van elke andere plaats van conditionering van de betrokken pakketten in Belgiė, zodra ze voldoen aan de contractuele overdrachtscriteria.
De operationele overdracht van de pakketten radioactief afval en verbruikte kernbrandstof in overeenstemming met de toepasselijke contractuele overdrachtscriteria wordt verzorgd door de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen, met overdracht van de eigendom, ongeacht of deze pakketten al dan niet voldoen aan a) de huidige of toekomstige acceptatiecriteria die van toepassing zijn op elke beheerfase van deze pakketten, b) de algemene regels en het acceptatiesysteem vastgesteld in uitvoering van artikel 179, § 2, 4° en 8° van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980, c) de toelatingen voor de bergingsinstallaties verleend door de bevoegde overheden overeenkomstig de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren.
De Koning bepaalt de voorwaarden waaronder de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen de uitrustingen bestemd voor de opslag, verwerking en conditionering van radioactief afval dat voor overdracht aan de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen overeenkomstig dit artikel wordt aangeboden, kan erkennen evenals de voorwaarden van verhaal.
§ 3
Andere criteria dan de contractuele overdrachtscriteria, die verband houden met een beheerfase volgend op de operationele overdracht van de pakketten, mogen niet worden opgelegd in het kader van werkzaamheden om pakketten in overeenstemming te brengen met de contractuele overdrachtscriteria, ook niet in het kader van vervoer of conditionering.
De overeenstemming van de pakketten van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof met de contractuele overdrachtscriteria wordt geacht in te houden dat deze pakketten voldoen aan de acceptatiecriteria voor voorlopige opslag.
De kernexploitant conditioneert het radioactief afval en de verbruikte kernbrandstof om te voldoen aan de contractuele overdrachtscriteria door middel van zijn eigen installaties of met behulp van installaties buiten de nucleaire sites.
Onverminderd de installatie voor voorlopige opslag bedoeld in artikel 4, 8°, e), draagt Hedera, als de partij die financieel verantwoordelijk is voor de overgedragen pakketten radioactief afval, de kosten voor het plaatsen van voldoende installaties voor voorlopige opslag ingeval de relevante bergingsinstallatie niet tijdig beschikbaar is.
§ 4
Vóór de datum van closing sluit de kernexploitant nieuwe overeenkomsten met de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen tegen marktvoorwaarden ter vervanging van de bestaande overeenkomsten tussen de kernexploitant en de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen, in de mate dat dit noodzakelijk is om dergelijke overeenkomsten in overeenstemming te brengen met de bepalingen van deze wet, in het bijzonder met betrekking tot de tussenkomst van Hedera als de partij die financieel verantwoordelijk is voor de pakketten radioactief afval die worden overgedragen en de pakketten verbruikte kernbrandstof die worden overgedragen, de overdracht van de pakketten op basis van contractuele overdrachtscriteria en de duur en voorwaarden van de garantie van de partij die de pakketten heeft geconditioneerd.
§ 5
De overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof omvatten de conditioneringswaarborg na de operationele overdracht, behalve indien en in de mate dat dit te wijten is aan de niet naleving van de relevante contractuele overdrachtscriteria, aan te tonen door Hedera. De kernexploitant zal in elk geval vijf jaar na de operationele overdracht van de betreffende pakketten radioactief afval en de betreffende verbruikte kernbrandstof vrijgesteld worden van en niet langer financieel verantwoordelijk zijn onder de conditioneringswaarborg, ongeacht de oorsprong van elk gebrek dat wordt vastgesteld vanaf de datum van de operationele overdracht van de betrokken pakketten radioactief afval, met inbegrip van elk gebrek veroorzaakt door de niet naleving van de relevante contractuele overdrachtscriteria.
§ 6
De overeenstemming van de pakketten met de contractuele overdrachtscriteria en de voorziene operationele overdracht in dit artikel zijn van toepassing (1) ongeacht of de betreffende pakketten radioactief afval en pakketten verbruikte kernbrandstof voldoen aan de huidige of toekomstige acceptatiecriteria, in tegenstelling tot de contractuele overdrachtscriteria, en (2) als forfaitaire bedragen zodat de kernexploitant en/of enige Engie partij en/of een bijdragende vennootschap bijgevolg geen recht zullen hebben op enige betaling en/of compensatie en/of terugbetaling in welke vorm en/of om welke reden dan ook, met inbegrip van maar niet beperkt tot het geval dat de forfaitaire bedragen, om welke reden dan ook, de werkelijke kosten en/of aansprakelijkheden overschrijden en/of in het geval dat de werkelijke hoeveelheden lager zijn dan de geraamde overeengekomen hoeveelheden.
Artikel 11
§ 1
De Koning bepaalt de indeling van de pakketten radioactief afval en verbruikte kernbrandstof in vier categorieėn: categorie A, categorie B, categorie C en categorie verbruikte kernbrandstof.
§ 2
Per categorie afval beschikt de kernexploitant, tegen betaling van de in artikel 10, § 1, bedoelde forfaitaire bedragen, over volumekredieten.
Het volumekrediet is de hoeveelheid pakketten radioactief afval en verbruikte kernbrandstof die, onder de betreffende forfaitaire hoeveelheden vallen, en die de kernexploitant operationeel kan overdragen indien deze aan de vereiste voorwaarden voldoen, waarbij het volumekrediet dienovereenkomstig vermindert, zonder dat enige volumeaanpassingsvergoeding verschuldigd is.
- 1°
- Categorie A-afval
Voor historisch categorie A-afval beschikt de kernexploitant over een volumekrediet van 39.563,73 equivalente kubieke meter.
Voor toekomstige categorie A-afvalpakketten beschikt de kernexploitant over een fysiek volumekrediet voor berging van 59.666,32 equivalente kubieke meter.
Voor de pakketten toekomstig categorie A-afval beschikt de kernexploitant over een conformiteitskrediet van 16.868,10 equivalente kubieke meter. Het conformiteitskrediet weerspiegelt het risiconiveau voor het in overeenstemming brengen na de operationele overdracht zoals beoordeeld op basis van het veiligheidsrapport over de categorie A-installatie dat werd goedgekeurd bij het koninklijk besluit. Dit conformiteitskrediet wordt uitgedrukt in equivalente kubieke meter. Het komt niet overeen met het fysieke bergingsvolume waarnaar verwezen wordt in het fysieke volumekrediet voor berging, noch met het volume dat het betreffende pakket na de operationele overdracht daadwerkelijk in de installatie zal innemen.
- 2°
- Categorie B-afval
Voor historisch categorie B-afval beschikt de kernexploitant over een volumekrediet van 626,68 equivalente meter bergingslengte.
Voor toekomstige pakketten categorie B-afval beschikt de kernexploitant over een volumekrediet van 356 volumekredieten.
- 3°
- Categorie C-afval en categorie verbruikte kernbrandstof
Voor historisch categorie C-afval beschikt de kernexploitant over een volumekrediet van 789 equivalente meter.
Voor pakketten verbruikte kernbrandstof beschikt de kernexploitant over een volumekrediet van 14.786 equivalente meter.
§ 3
Het fysieke volumekrediet voor berging van categorie A-afval en het volumekrediet voor afval van de categorieėn B en C en verbruikte kernbrandstof geeft het fysieke bergingsvolume weer dat gedekt wordt door de overgedragen financiėle verplichtingen en dat overeenstemt met het theoretische volume van alle afvalpakketten in de referentiebergingsinstallatie in hun definitieve vorm voor afval van de categorieėn A, B en C en categorie verbruikte kernbrandstof.
§ 4
Het fysieke volumekrediet voor berging van categorie A-afval en het volumekrediet voor categorie B en C-afval en verbruikte kernbrandstof waarnaar wordt verwezen in paragraaf 2 wordt uitgedrukt in equivalente kubieke meter, volumekrediet en equivalente meter. De begrippen equivalente kubieke meter, volumekrediet en equivalente meter stemmen overeen met een fysiek bergingsvolume dat is geraamd op basis van het referentiescenario dat overeenstemt met het advies dat als basis heeft gediend voor de driejaarlijkse herziening van 2022 door de Commissie voor nucleaire voorzieningen. Deze concepten komen niet overeen met het reėle fysieke volume van de betrokken pakketten in de toekomstige of bestaande bergingsinstallatie.
De Koning bepaalt de begrippen equivalente kubieke meters, volumekredieten en equivalente meters.
De regels inzake het verbruik van het volumekrediet voor de fysieke opslag en in voorkomend geval voor het conformiteitskrediet van elk pakket radioactief afval en verbruikte kernbrandstof worden door de Koning vastgelegd.
§ 5
De volumekredieten gelden per categorie afval. Ongebruikte volumekredieten kunnen worden verbruikt door andere pakketten radioactief afval of pakketten verbruikte kernbrandstof die tot dezelfde categorie afval behoren, rekening houdend met hun respectieve conversiefactor zoals bepaald door de Koning.
Artikel 12
De indeling van pakketten radioactief afval en pakketten verbruikte kernbrandstof in de categorieėn A, B en C en verbruikte kernbrandstof vastgelegd door de Koning is definitief, zodat een pakket radioactief afval of een pakket verbruikte kernbrandstof ingedeeld in een bepaalde categorie afval, het volumekrediet gebruikt dat overeenkomt met die categorie afval, zelfs als na de overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen voor het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof zou blijken dat een herindeling van dat pakket radioactief afval of van dat pakket verbruikte kernbrandstof in een andere categorie afval vereist zou zijn.
Artikel 13
In het geval van categorie X-afval:
- 1°
- als het betreffende radioactief afval voldoet aan een bestaand contractueel overdrachtscriterium dat van toepassing is op een pakket radioactief afval, of door de kernexploitant redelijkerwijs aan dat criterium kan worden aangepast zodat het eraan voldoet, dan zullen de betrokken hoeveelheden categorie X-afval, verrekend aan de hand van de toepasselijke conversiefactor en na de operationele overdracht en de overeenstemming met de contractuele overdrachtscriteria, worden verrekend met het volumekrediet, zoals uiteengezet in artikel 11;
- 2°
- als het betreffende radioactief afval niet voldoet aan een van de contractuele overdrachtscriteria en door de kernexploitant redelijkerwijs niet aan dit criterium kan worden aangepast zodat het eraan voldoet, dan bepaalt de Koning (i) de indeling van het betreffende radioactief afval in een categorie, in functie van de vraag of het betreffende radioactief afval naar een of andere soort bergingssite kan worden overgedragen, (ii) de contractuele overdrachtscriteria met betrekking tot het betreffende radioactief afval en de resulterende hoeveelheden pakketten radioactief afval, (iii) de conversiefactoren en (iv) de overeenkomstige volumeaanpassingsvergoeding voor dit categorie X-afval, waarbij rekening wordt gehouden met – onder andere – het (de) pakket(ten) radioactief afval waarvan de fysische, chemische en radiologische eigenschappen voldoende vergelijkbaar zijn met die van het categorie X-afval.
In de mate dat de kernexploitant op het relevante tijdstip van de operationele overdracht een volumekrediet geniet met betrekking tot de betreffende categorie dat in overeenstemming is met de contractuele overdrachtscriteria, wordt het volume van het categorie X-afval verrekend met dit volumekrediet, met toepassing van de conversiefactor. Als de kernexploitant op het relevante moment van operationele overdracht en van de overeenstemming met de contractuele overdrachtscriteria niet beschikt over een volumekrediet, zal de operationele overdracht maar plaatsvinden na en op voorwaarde van de betaling van de overeenstemmende volumeaanpassingsvergoeding.
Artikel 14
De forfaitaire bedragen en de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof doen geen afbreuk aan:
- 1°
- elke verplichting en/of aansprakelijkheid, voor kosten of andere, met betrekking tot of als gevolg van de ontmanteling en/of buitenbedrijfstelling van alle kerncentrales, waaronder de LTO-eenheden, en de exploitatie van de nucleaire sites vóór de overdracht van de sites;
- 2°
- iedere volumeaanpassingsvergoeding, met inbegrip van de volumeaanpassingsvergoeding voor het LTO-afval en voor de verbruikte LTO-kernbrandstof, zoals gedefinieerd in artikel 16 tot en met artikel 18;
- 3°
- de verplichting en/of aansprakelijkheid van de kernexploitant voor kosten of andere in verband met de mogelijke niet-naleving van de contractuele overdrachtscriteria, onverminderd de artikelen 20 en 21;
- 4°
- de buitencontractuele, contractuele of wettelijke aansprakelijkheid van de kernexploitant onder het gemeenrecht;
- 5°
- de financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof die geen overgedragen financiėle verplichtingen inzake beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof vormen.
Artikel 15 Betalingswijze van de forfaitaire bedragen
§ 1
De in artikel 10, § 1, bedoelde forfaitaire bedragen worden door de kernprovisievennootschap aan Hedera in contanten betaald.
§ 2
De in artikel 10, § 1, 2°, en artikel 10, § 1, 3°, bedoelde forfaitaire bedragen met betrekking tot afval van de categorieėn B en C en verbruikte kernbrandstof worden betaald op de datum van closing.
De in artikel 10, § 1, 1°, bedoelde forfaitaire bedragen voor categorie A-afval worden betaald op de LTO-doorstartdatum van de twee LTO-eenheden.
§ 3
De in artikel 10, § 1, bedoelde forfaitaire bedragen zijn exclusief belasting op de toegevoegde waarde. Indien over een van deze bedragen belasting over de toegevoegde waarde verschuldigd is, wordt het te betalen bedrag verhoogd met de belasting over de toegevoegde waarde tegen het geldende tarief.
§ 4
De nucleaire voorzieningen ten tijde van de laatste driejaarlijkse herziening in het advies van de Commissie voor nucleaire voorzieningen van 7 juli 2023 bedragen op 31 december 2022 respectievelijk 9.070.000.000 euro voor het beheer van de verbruikte kernbrandstof en 8.122.000.000 euro op 31 december 2022 voor de ontmanteling.
§ 5
Op de datum van closing en onverminderd artikel 11 van de wet van 12 juli 2022, zijn de nucleaire voorzieningen, uitgedrukt in waarde op 31 december 2022, als volgt opgesplitst:
- 1°
- 6.727.000.000 euro aan voorzieningen voor ontmanteling, met uitzondering van overgedragen verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof;
Dit bedrag wordt aangepast vanaf 1 januari 2023 tot de datum van closing met de deactualisering overeenkomstig het advies van de Commissie voor nucleaire voorzieningen van 7 juli 2023 en met de in aanmerking komende uitgaven die zijn gedaan overeenkomstig artikel 11 van de wet van 12 juli 2022;
- 2°
- 1.683.000.000 euro aan voorzieningen voor de benedenfase van de splijtstofcyclus, met uitsluiting van de overgedragen verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof;
Dit bedrag wordt aangepast vanaf 1 januari 2023 tot de datum van closing, met de deactualisering overeenkomstig het advies van de Commissie voor nucleaire voorzieningen van 7 juli 2023, en met de in aanmerking komende uitgaven gedaan overeenkomstig artikel 11 van de wet van 12 juli 2022 en met de aanvullende voorzieningen aangelegd voor nieuwe verbruikte kernbrandstof tijdens de periode vanaf 1 januari 2023 tot de datum van closing.
- 3°
- 8.011.000.000 euro voor de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het categorie B-afval, categorie C-afval en de categorie verbruikte kernbrandstof. Dit bedrag wordt aangepast vanaf 1 januari 2023 tot de datum van closing, met de deactualisering overeenkomstig het advies van de Commissie voor nucleaire voorzieningen van 7 juli 2023 en met de in aanmerking komende gemaakte kosten overeenkomstig artikel 11 van de wet van 12 juli 2022;
- 4°
- 771.000.000 euro voor de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van categorie A-afval. Dit bedrag wordt aangepast vanaf 1 januari 2023 tot de datum van closing, met de deactualisering overeenkomstig het advies van de Commissie voor nucleaire voorzieningen van 7 juli 2023 en met de in aanmerking komende uitgaven gedaan overeenkomstig artikel 11 van de wet van 12 juli 2022;
De opsplitsing bedoeld in deze paragraaf doet geen afbreuk aan de toepassing van artikel 12 van de wet van 12 juli 2022 vanaf de datum van closing.
§ 6
De kernprovisievennootschap betaalt de forfaitaire bedragen bedoeld in artikel 10. Daartoe:
- 1°
- kan de kernprovisievennootschap de financiėle activa van haar keuze te gelde maken, die overeenstemmen met de voorzieningen voor overgedragen financiėle verplichtingen geļnvesteerd door de kernprovisievennootschap overeenkomstig artikel 15, § 5, van de wet van 12 juli 2022, ten belope van de bedragen bedoeld in paragraaf 5, 3° en 4°;
- 2°
- zijn de kernexploitant en de bijdragende vennootschappen, ten belope van hun aandeel overeenkomstig artikel 20 van de wet van 12 juli 2022, en met uitsluiting van de gezamenlijke vennootschap, ertoe gehouden aan de kernprovisievennootschap tijdig het saldo te betalen van de forfaitaire bedragen bedoeld in artikel 10.
Onderafdeling 2 Volumeaanpassingsvergoeding
Artikel 16
Als de volumes van een categorie radioactief afval of verbruikte kernbrandstof groter zijn dan de volumes die zijn vastgelegd in artikel 11, zal een geļndexeerde volumeaanpassingsvergoeding worden betaald aan Hedera door de kernexploitant of door een bijdragende vennootschap, op het moment van de vaststelling door de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen van de overeenstemming van deze pakketten met de contractuele overdrachtscriteria en als voorwaarde voor de overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van het relevante pakket radioactief afval of verbruikte kernbrandstof aan Hedera.
Artikel 17
§ 1
De volumeaanpassingsvergoeding bepaald in artikel 18 met betrekking tot de LTO-verbruikte kernbrandstof, wordt betaald aan Hedera door de bijdragende vennootschappen, met inbegrip van de gezamenlijke vennootschap, ten belope van hun aandeel overeenkomstig artikel 20 van de wet van 12 juli 2022, op het moment van de datum van levering op de nucleaire sites van de nieuwe LTO-kernbrandstof. De kernexploitant brengt Hedera op de hoogte van de leveringsdatum van de nieuwe LTO-kernbrandstof op de nucleaire sites.
§ 2
Zodra nieuw LTO-afval van categorie A, B en C wordt geproduceerd, legt de kernprovisievennootschap de relevante nucleaire voorzieningen aan in overeenstemming met de wet van 12 juli 2022.
De kernexploitant en de bijdragende vennootschappen, met inbegrip van de gezamenlijke vennootschap, betalen de toelagen voor de voorzieningen ten belope van hun aandeel, overeenkomstig de wet van 12 juli 2022.
De in artikel 16 bedoelde volumeaanpassingsvergoeding met betrekking tot LTO-afval van categorie A, B en C wordt door de kernexploitant aan Hedera betaald, indien het volumekrediet voor de overeenkomstige categorie radioactief afval is uitgeput, overeenkomstig artikel 14. Daartoe betaalt de kernprovisievennootschap deze vergoedingen tijdig aan de kernexploitant.
Artikel 18
§ 1
De volumeaanpassingsvergoeding per afval van categorie A, B en C en categorie verbruikte kernbrandstof is de volgende:
- 1°
- voor categorie A-afval wordt, wanneer er equivalente kubieke meters bovenop het fysiek volumekrediet voor berging vereist zijn, een bedrag van 21.995,72 euro per extra equivalente kubieke meter betaald;
- 2°
- voor categorie A-afval wordt, wanneer er equivalente kubieke meters bovenop het conformiteitskrediet vereist zijn, een bedrag van 21.995,72 euro per extra equivalente kubieke meter, vermenigvuldigd met de door de Koning vastgestelde conversiefactor voor de conformiteitsgroep, betaald;
- 3°
- voor categorie B-afval wordt, wanneer er extra volumekrediet bovenop het volumekrediet vereist is, een bedrag van 1.102.374,96 euro per extra volumekrediet betaald;
- 4°
- voor categorie C-afval of verbruikte kernbrandstof wordt, wanneer er equivalente meters voor berging bovenop het volumekrediet nodig zijn, een bedrag van 400.155,98 euro per extra equivalente meter voor berging betaald;
§ 2
De volumeaanpassingsvergoedingen bedoeld in paragraaf 1 worden uitgedrukt in euro 2022 en zijn van toepassing van 1 januari 2022 tot 31 december 2022. Ze worden op elke eerste januari geļndexeerd door toepassing van een indexeringspercentage van 3 % per jaar, met ingang van 1 januari 2023. Voor afvalpakketten van de categorieėn A, B en C bepaalt de datum van operationele overdracht de toepasselijke indexering van de volumeaanpassingsvergoeding. Voor de categorie verbruikte kernbrandstof bepaalt de datum van levering van nieuwe kernbrandstof op de nucleaire sites de toepasselijke indexering van de volumeaanpassingsvergoeding.
§ 3
De betaling van de volumeaanpassingsvergoeding is een voorwaarde voor de overdracht aan Hedera van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van de pakketten radioactief afval of verbruikte kernbrandstof.
Onderafdeling 3 Contractuele overdrachtscriteria
Artikel 19
De Koning stelt de contractuele overdrachtscriteria vast voor het radioactief afval, de verbruikte kernbrandstof en de nucleaire sites. De in artikel 179, § 2, 4° en 8°, van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980 voorziene vormen en procedures met betrekking tot de acceptatiecriteria zijn niet van toepassing.
Vanaf de datum van closing en vóór de verlening van de overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het afvalbeheer overeenkomstig afdeling 2, heeft de kernexploitant het recht om zijn toekomstig operationeel categorie A-afval operationeel over te dragen overeenkomstig de contractuele overdrachtscriteria en tegen marktvoorwaarden.
Onderafdeling 4 Niet in overeenstemming brengen met de contractuele overdrachtscriteria
Artikel 20
Onverminderd artikel 21, is de kernexploitant verantwoordelijk voor het in overeenstemming brengen van het radioactief afval en de verbruikte kernbrandstof, met inbegrip van LTO-afval en LTO-verbruikte kernbrandstof, met de contractuele overdrachtscriteria en draagt deze derhalve onder meer de volledige kosten, aansprakelijkheid en risico's om het radioactief afval en de verbruikte kernbrandstof in overeenstemming te brengen met deze contractuele overdrachtscriteria.
Artikel 21
In afwijking van artikel 20 kan de Koning nieuwe contractuele overdrachtscriteria vaststellen in het geval de kernexploitant niet in staat is om het radioactief afval en de verbruikte kernbrandstof in overeenstemming te brengen met één of meer contractuele overdrachtscriteria ten gevolge van een technische of regelgevende belemmering die voldoet aan elk van de volgende voorwaarden:
- 1°
- de kernexploitant kende deze niet en een redelijke en voorzichtige exploitant had die niet moeten kennen op het ogenblik dat de contractuele overdrachtscriteria werden vastgesteld, en
- 2°
- de kernexploitant kan het radioactief afval en de verbruikte kernbrandstof redelijkerwijs niet in overeenstemming brengen met de contractuele overdrachtscriteria; en
- 3°
- het niet in overeenstemming brengen is niet te wijten aan een inbreuk op de regelgeving, de wet of een contract door een entiteit van de Engie groep en/of een Engie partij.
Bij de operationele overdracht van de betreffende pakketten radioactief afval in overeenstemming met de contractuele overdrachtscriteria, wordt het volumekrediet van dezelfde categorie afval verbruikt, met toepassing van de relevante conversiefactor.
Onderafdeling 5 Overdracht van de nucleaire sites
Artikel 22
Alle nucleaire sites in overeenstemming met de contractuele overdrachtscriteria worden overgedragen, overeenkomstig de overeengekomen voorwaarden, aan de Staat of aan een door haar aan te duiden entiteit, met inbegrip van, naargelang het geval, de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen, met inbegrip van alle relevante installaties van voorlopige opslag aanwezig op de site en bijkomende installaties en alle goederen, financiėle of andere activa, uitrustingen, personeel en/of toelatingen en vergunningen die nuttig of noodzakelijk zijn voor de verdere exploitatie van de voorlopige opslag in continuļteit op de vroegste van de volgende twee data:
- 1°
- de datum waarop alle nucleaire sites ontmanteld zijn, overeenkomstig de vaststelling van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle, in overeenstemming met artikel 17/12 van het koninklijk besluit van 30 november 2011 houdende veiligheidsvoorschriften voor kerninstallaties, dat de eindtoestand zoals bepaald in de ontmantelingsvergunning is bereikt, met uitzondering van de voorlopige opslag op de nucleaire site voor verbruikte kernbrandstof; en
- 2°
- 1 januari 2050;
in beide gevallen indien de nucleaire sites en alle verbruikte kernbrandstof voldoen aan de relevante contractuele overdrachtscriteria.
Indien blijkt dat de ontmanteling van een nucleaire site niet voltooid zal zijn op 1 januari 2050, komen de Staat en de kernexploitant vóór de start van de ontmanteling van de betrokken nucleaire site een passend mechanisme overeen waarbij de Staat de verantwoordelijkheid op zich neemt voor ten minste het gedeelte van de nucleaire site dat bestemd is voor de voorlopige opslag van verbruikte kernbrandstof op de site en waarbij de kernexploitant ten minste de volledige verantwoordelijkheid behoudt voor de rest van de nucleaire site waar nog ontmantelingsactiviteiten plaatsvinden tot het einde van de ontmanteling, wanneer de rest van de nucleaire site aan de Staat wordt overgedragen.
Artikel 23
De Staat en de kernexploitant komen de prijs voor de overdracht van de nucleaire sites overeen.
Artikel 24
De andere delen van de nucleaire sites dan de opslaginstallaties voor verbruikte kernbrandstof zullen worden overgedragen in een toestand van industriėle greenfield, en vrij van nucleaire affectatie, op kosten en aansprakelijkheid van de kernexploitant.
Artikel 25
De Staat en de kernexploitant kunnen vóór 2040 de nadere regels overeenkomen voor de overdracht van de nucleaire sites vóór het einde van de ontmanteling van alle nucleaire centrales, in overeenstemming met de bepalingen van dit hoofdstuk.
Artikel 26
Het feit dat de ontmanteling van alle kerncentrales niet op 1 januari 2050 is voltooid, heeft geen invloed op de forfaitaire bedragen of de overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen voor het beheer van het radioactief afval en de verbruikte kernbrandstof overeenkomstig artikel 10.
Onderafdeling 6 Operationele voorwaarden
Artikel 27
§ 1
Indien nodig voor de overdracht van de overgedragen financiėle verplichtingen inzake het beheer van radioactief afval overeenkomstig afdeling 3, en in de mate dat deze operationele voorwaarden niet reeds zijn vastgelegd in de contractuele overdrachtscriteria en onverminderd de eisen inzake nucleaire veiligheid, komen de Staat en de kernexploitant, zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is en uiterlijk op de eerste LTO-doorstartdatum van een van beide LTO-eenheden, tenzij anders overeengekomen door de Staat en de kernexploitant, de operationele voorwaarden overeen voor de productie en kortetermijnopslag van pakketten nucleair afval en pakketten verbruikte kernbrandstof en de voorlopige opslag van pakketten verbruikte kernbrandstof, dat wil zeggen: a) de conditionering van nucleair afval in pakketten nucleair afval; b) de karakterisering van pakketten nucleair afval en verbruikte kernbrandstof; c) de logistiek en kortetermijnopslag uitsluitend op nucleaire sites; d) de specificaties van pakketten radioactief afval en verbruikte kernbrandstof; en e) de vervoerscriteria, indien van toepassing.
§ 2
De in paragraaf 1 bedoelde overeenkomsten moeten in overeenstemming zijn met de gangbare praktijk in de industrie en gebaseerd zijn op oplossingen die technisch en operationeel haalbaar zijn, terwijl de kosten voor de Staat en de kernexploitant tot een minimum worden beperkt.
Onderafdeling 7 Het delen van kennis in het belang van een veilig langetermijnbeheer van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof
Artikel 28
§ 1
De kernexploitant en de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen maken afspraken over het delen van kennis in het belang van het veilige beheer op lange termijn van radioactief afval en verbruikte kernbrandstof.
De overeenkomst heeft in het bijzonder betrekking op de volgende punten:
- 1°
- de deelname van deskundigen van de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen aan de technische teams van de kernexploitant die verantwoordelijk zijn voor berekeningen met betrekking tot kernbrandstof en berekeningen met betrekking tot toekomstige splijtstofladingsschema's;
- 2°
- de toegang tot bestaande kennis, gegevensbanken en documenten met betrekking tot categorie C-afval en verbruikte kernbrandstof;
- 3°
- het gezamenlijke verzoek aan derde leveranciers om informatie te verkrijgen die gezamenlijk is omschreven als relevant en niet beschikbaar bij de kernexploitant met betrekking tot kernbrandstof;
- 4°
- het recht van de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen om verbruikte splijtstofnaalden aan haar te laten overdragen voor tests op voorwaarde dat de planning van deze activiteit het algemene ontmantelingsprogramma met inbegrip van het legen van de bassins, wat op het kritieke pad ligt, niet in gevaar brengt of vertraagt en de kernexploitant geen redelijke stappen kan ondernemen om te voorkomen dat het algemene ontmantelingsprogramma met inbegrip van het legen van de bassins, wat op het kritieke pad ligt, in gevaar wordt gebracht of wordt vertraagd;
- 5°
- het recht van de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen om metingen te verrichten aan verbruikte UOX-en MOX-kernbrandstof voordat deze uit de nucleaire centrales worden verwijderd, op voorwaarde dat de planning van deze activiteit het algemene ontmantelingsprogramma met inbegrip van het legen van de bassins, wat een kritiek pad is, niet in gevaar brengt of vertraagt en dat de kernexploitant geen redelijke stappen kan ondernemen om te voorkomen dat het algemene ontmantelingsprogramma met inbegrip van het legen van de bassins, wat een kritiek pad is, in gevaar wordt gebracht of wordt vertraagd; en
- 6°
- de deelname van de Nationale instelling voor radioactief afval en verrijkte splijtstoffen aan het proces voor de periodieke veiligheidsherziening, met inbegrip van de voorbereidende werkzaamheden, tijdens welke de overdracht van de sites zal plaatsvinden.
§ 2
De in paragraaf 1 bedoelde overeenkomst moet in overeenstemming zijn met de gangbare praktijk in de sector en gebaseerd zijn op oplossingen die technisch en operationeel haalbaar zijn, waarbij de kosten voor de Staat en de kernexploitant tot een minimum worden beperkt.
Onderafdeling 8 Financiėle aandeelhouderssteun
Artikel 29
De moedervennootschap van de kernexploitant verleent financiėle aandeelhouderssteun aan de kernexploitant.
Onder voorbehoud van bepaalde uitzonderingen die contractueel moeten worden overeengekomen, heeft de financiėle aandeelhouderssteun betrekking op de naleving door de kernexploitant van zijn contractuele verplichtingen ten aanzien van de gezamenlijke vennootschap krachtens het exploitatie- en onderhoudscontract en van zijn contractuele verplichtingen ten aanzien van de dienstverleners die diensten leveren aan de kernexploitant overeenkomstig het exploitatie-en onderhoudscontract.
Het contract voor financiėle aandeelhouderssteun is onderworpen aan de Belgische of buitenlandse wetgeving.
Onverminderd het voorgaande worden de overige voorwaarden voor aandeelhouderssteun uiteengezet in het contract voor aandeelhouderssteun.