Meer info
 

08/06/1867 Strafwetboek - uittreksel
Strafwetboek

Artikel 40

Bij gebreke van betaling binnen twee maanden te rekenen van het arrest of van het vonnis, indien het op tegenspraak, of te rekenen van de betekening, indien het bij verstek is gewezen, kan de geldboete worden vervangen door gevangenisstraf, waarvan de duur bij het vonnis of het arrest van veroordelingen wordt bepaald en die zes maanden niet zal te boven gaan voor hen die wegens misdaad, drie maanden voor hen die wegens wanbedrijf, en drie dagen voor hen die wegens overtreding zijn veroordeeld.
Veroordeelden die aan vervangende gevangenisstraf zijn onderworpen, kunnen in de inrichting worden gehouden waar zij de hoofdstraf hebben ondergaan.
Indien alleen geldboete is uitgesproken, wordt de gevangenisstraf, te ondergaan bij gebreke van betaling, gelijkgesteld met correctionele gevangenisstraf of met politiegevangenisstraf, al naar de aard van de veroordeling.