Meer info
 

14/07/04 KB Overdracht personeel Dienst Veiligheid van de Staat
Koninklijk besluit van 14 juli 2004 houdende overdracht van het personeel van de Dienst Veiligheid van de Staat op het gebied van de kernenergie naar de Federale Overheidsdienst Justitie

Artikel 12

§ 1

De ambtenaren bekomen in de weddenschaal DA1 of DT2 een wedde gelijk aan of onmiddellijk hoger dan de wedde die ze genoten in hun oude graad.
Wanneer in hun weddenschaal van het niveau 4, de ambtenaren aan de maximumwedde van deze schaal worden bezoldigd, worden zij in de weddenschaal DA1 of DT2 geïntegreerd op de eerste trap van de intermediaire loonopslag die uit de integratie voortvloeit.
De nuttige anciënniteit van deze ambtenaren wordt vastgesteld op basis van het resultaat van hun inschaling.
In afwijking van de artikelen 14, 15, 17 en 18 van het koninklijk besluit van 29 juni 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel van de federale overheidsdiensten, wordt deze nuttige anciënniteit de fictieve geldelijke anciënniteit bepaald in het enig niveau D.
Het verschil tussen de geldelijke en de nuttige anciënniteit verworven in de oude weddenschaal wordt meegenomen in de nieuwe weddenschaal en is beperkt tot elf maanden.

§ 2

Onverminderd de voorgeschreven reglementaire voorwaarden, kunnen de ambtenaren slechts de weddenschaal DA2 of DT3 bekomen mits ze slagen voor een door SELOR – Selectiebureau van de federale overheid georganiseerde competentietest die gelijkwaardig is aan de vergelijkende – selectie voor werving in die graad.
In afwijking van het eerste lid, kunnen de ambtenaren van niveau 4 die op datum van hun ambtshalve benoeming in niveau D een anciënniteit hebben van ten minste zes jaar in hun oude graad van niveau 4 aan de in het eerste lid bedoelde selectietest deelnemen.